Uitspraak
gevestigd te Amsterdam,
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
€ 2.200,-- voor salaris en aan de zijde van Stichting Beheer en [verweerder 15] op nihil.
3 april 2020.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 3 april 2020 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van SNS Reaal c.s. tegen de beschikking van de ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam. De ondernemingskamer had een concernenquête gelast naar het beleid en de gang van zaken van zowel SNS Reaal als haar dochtervennootschap SNS Bank. De maatstaf voor de concernenquête werd besproken, waarbij verwezen werd naar een eerder oordeel in een vergelijkbare zaak (ECLI:NL:HR:2020:478). SNS Reaal c.s. hebben beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking, terwijl VEB c.s. en ROOS c.s. ieder afzonderlijk verzochten het beroep te verwerpen. De Staat c.s. steunden het cassatieberoep van SNS Reaal c.s. De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman was om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van SNS Reaal c.s. niet tot cassatie konden leiden, en dat het niet nodig was om te motiveren waarom dit oordeel was gegeven. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en SNS Reaal c.s. veroordeeld in de proceskosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van VEB c.s. en ROOS c.s. zijn begroot op respectievelijk € 862,07 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De beschikking is openbaar uitgesproken op 3 april 2020.