ECLI:NL:HR:2020:31

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 januari 2020
Publicatiedatum
10 januari 2020
Zaaknummer
18/04719
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch inzake ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepteelt

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 januari 2020 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beslissing van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch. De zaak betreft de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van de betrokkene, die in de hoofdzaak was vrijgesproken van het telen van meer dan 150 hennepplanten. De betrokkene had beroep ingesteld tegen de uitspraak van het Hof, waarin het Hof bij de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel ten onrechte ook voordeel heeft betrokken dat gerelateerd is aan de partiële vrijspraak. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof bij de beoordeling van de ontnemingsvordering niet had mogen uitgaan van het voordeel dat voortkwam uit de telerij van hennepplanten die boven het aantal van 150 uitkwam, aangezien de betrokkene in de hoofdzaak was vrijgesproken van het telen van meer dan dit aantal. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak en wees de zaak terug naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch voor herbehandeling. De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van de feiten en de juiste toepassing van de wet bij ontnemingsvorderingen.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer18/04719
Datum14 januari 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 november 2018, nummer 20/001463-16, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste
van
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1964,
hierna: de betrokkene.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Namens deze heeft G.J.P.M. Mooren, advocaat te Goirle, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof ’s‑Hertogenbosch teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het eerste middel

2.1
Het middel klaagt dat het Hof bij de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel ten onrechte tevens voordeel dat is gerelateerd aan een in de hoofdzaak gegeven partiële vrijspraak heeft betrokken.
2.2
Op de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 14 tot en met 16 is het middel terecht voorgesteld.

3.Beoordeling van het tweede middel

Gelet op de hierna volgende beslissing behoeft het middel geen bespreking.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de bestreden uitspraak;
- wijst de zaak terug naar het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en M.T. Boerlage, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
14 januari 2020.