Uitspraak
gevestigd te Amsterdam,
gevestigd te Amsterdam,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
22 april 2016.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 22 april 2016 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van Imation Europe B.V. tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag. Imation had beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, waarin het hof het vonnis van de rechtbank Den Haag gedeeltelijk had vernietigd en de zaak had teruggewezen naar de rechtbank voor verdere behandeling. Stichting De Thuiskopie (STK) had primair geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van Imation in haar cassatieberoep en subsidiair tot verwerping van dat beroep. STK had ook een voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld voor het geval Imation ontvankelijk zou worden verklaard.
De Hoge Raad oordeelde dat het arrest van het hof een tussenarrest was en dat het beroep in cassatie tegen een tussenarrest slechts tegelijk met het eindarrest kan worden ingesteld, tenzij het hof anders heeft bepaald. Aangezien het hof in deze zaak niet anders had bepaald, kon Imation niet-ontvankelijk worden verklaard in haar cassatieberoep. De Hoge Raad heeft vervolgens Imation in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van STK zijn begroot op een totaal van € 8.667,34.
Deze uitspraak benadrukt de regels omtrent de ontvankelijkheid van cassatieberoepen in civiele procedures, met name in gevallen waarin sprake is van tussenarresten. De Hoge Raad bevestigt hiermee de noodzaak voor partijen om de juiste procedurele stappen te volgen in het civiele proces.