Uitspraak
wonende te [woonplaats],
gevestigd te Luxembourg, Luxemburg,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
16 september 2016.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 september 2016 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over de eigendom van een aantal klassieke auto’s die zich in Nederland bevinden. De zaak betreft de vraag welk recht van toepassing is op de eigendom van deze auto’s, die eerder in het buitenland zijn verkregen. De eiser, de zoon van de voormalig begunstigde van de curator, stelt dat hij de auto’s heeft verworven terwijl deze zich in het buitenland bevonden, en dat de koopcontracten op zijn naam staan. De rechtbank en het gerechtshof Amsterdam hebben geoordeeld dat de auto’s eigendom zijn van Daytona Investments S.A., de vennootschap waarvan de curator in deze procedure optreedt. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat het hof niet voldoende heeft onderkend dat de eigendom van de auto’s moet worden beoordeeld aan de hand van het recht van de staat waar de auto’s zich bevonden op het moment van de eigendomsoverdracht. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het gerechtshof en verwijst de zaak naar het gerechtshof Den Haag voor verdere behandeling. Tevens wordt de curator veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.