De bestreden uitspraak houdt het volgende in:
"Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 24.659,31. De gestelde schade bestaat uit de volgende posten:
- eigen risico zorgverzekering, te weten € 356,20;
- kosten fysiotherapeut, te weten € 620,00;
- vervanging gestolen autosleutel, te weten € 86,00;
- kosten vervanging slot voordeur, te weten € 8,79;
- reiskosten, te weten € 1.329,30;
- geannuleerde reis naar Turkije, te weten € 480,00;
- beschadigde kleding, te weten € 260,00;
- gestolen geld, te weten € 150,00;
- verlies arbeidsvermogen/gederfde inkomsten (tot 9 oktober 2012) € 5.169,02;
- kosten psycholoog, te weten € 200,00;
- immateriële schade, te weten € 15.000,00;
- verhuiskosten, te weten € 1.000,00.
De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 17.567,70. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
(...)
Ter terechtzitting van 1 juli 2014 van het hof is namens de benadeelde partij verzocht de vordering te vermeerderen met de wettelijke rente over het bedrag vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Daarnaast dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken.
Om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] (rechthebbende(n) nabestaanden [slachtoffer 2] )
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 20.300,99. De gestelde schade bestaat uit de volgende posten:
- eigen risico zorgverzekering, te weten € 345,32;
- reiskosten, te weten € 113,28;
- beschadigde kleding, te weten € 209,00;
- beschadigde meubels in woning, te weten € 189,99;
- telefoonkosten, te weten € 100,00;
- verhuiskosten, te weten € 681,25;
- kosten verblijf in ziekenhuis, te weten € 546,00;
- kosten rechtsbijstand, te weten € 76,00;
- verlies arbeidsvermogen (tot 9 oktober 2012), te weten € 3.040,15.
De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
(...)
Ter terechtzitting van 1 juli 2014 van het hof is namens de benadeelde partij verzocht de vordering te vermeerderen met de wettelijke rente over het bedrag vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Daarnaast dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken.
Om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
(...)
Beslissing
(...)
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 1] ter zake van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 17.567,70 (zeventienduizend vijfhonderdzevenenzestig euro en zeventig cent) bestaande uit € 2.567,70 (tweeduizend vijfhonderdzevenenzestig euro en zeventig cent) materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) immateriële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 1] , een bedrag te betalen van € 17.567,70 (zeventienduizend vijfhonderdzevenenzestig euro en zeventig cent) bestaande uit € 2.567,70 (tweeduizend vijfhonderdzevenenzestig euro en zeventig cent) materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 122 (honderdtweeëntwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] (rechthebbende(n) nabestaanden [slachtoffer 2] )
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 2] ter zake van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 20.300,99 (twintigduizend driehonderd euro en negenennegentig cent) bestaande uit € 5.300,99 (vijfduizend driehonderd euro en negenennegentig cent) materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) immateriële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 2] , een bedrag te betalen van € 20.300,99 (twintigduizend driehonderd euro en negenennegentig cent) bestaande uit € 5.300,99 (vijfduizend driehonderd euro en negenennegentig cent) materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 136 (honderdzesendertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 26 december 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen."