Uitspraak
gevestigd te [vestigingsplaats],
wonende te [woonplaats],
gevestigd te [vestigingsplaats],
wonende te [woonplaats],
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
17 april 2015.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 april 2015 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door eisers tegen een rolbeslissing van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De zaak betreft de vraag of een per fax ingediende memorie van grieven door het hof in behandeling moest worden genomen. De eisers hadden in eerste instantie een verklaring voor recht gevorderd dat een overeenkomst tot levering van aandelen en daaraan gekoppelde overeenkomsten vernietigd diende te worden wegens bedrog of dwaling. De rechtbank had alle vorderingen afgewezen, waarna eisers in hoger beroep gingen. Het hof had de eisers niet-ontvankelijk verklaard in hun hoger beroep, omdat zij geen grieven tegen het vonnis hadden aangevoerd. De Hoge Raad oordeelde dat de rolbeslissing van het hof onterecht was, omdat de per fax ingediende memorie tijdig was ontvangen. De Hoge Raad vernietigde de rolbeslissing en het arrest van het hof en wees de zaak terug voor verdere behandeling. Dit arrest benadrukt de geldigheid van het indienen van processtukken per fax, ook in het licht van de geldende procesreglementen.