Uitspraak
[X]te
[Z](hierna: belanghebbende), alsmede het beroep in cassatie van de
Staatssecretaris van Financiëntegen de uitspraak van het
Gerechtshof Amsterdamvan 13 juni 2013, nr. 11/00871 en 11/00872, op de hoger beroepen van belanghebbende tegen uitspraken van de Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 10/2174 en nr. AWB 10/5834) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2005 en 2007 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
1.Geding in cassatie
2.Uitgangspunten in cassatie
:de onderneming die het schip daadwerkelijk exploiteert en die beslissingsbevoegd is ter zake van het economische en commerciële management van het schip (vgl. de Besluiten nr. 5, van 27 maart 1990, en nr. 7, van 26 juni 2007, van het Administratief Centrum voor de Sociale Zekerheid van de Rijnvarenden, gegeven op grond van artikel 72 van het Rijnvarendenverdrag). Voor de uiteindelijke vaststelling van de toepasselijke wetgeving is de feitelijke situatie beslissend, aldus het Hof.