ECLI:NL:HR:2012:BX4442
Hoge Raad
- Cassatie
- W.A.M. van Schendel
- H.A.G. Splinter-van Kan
- J. Wortel
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding en kosten rechtsbijstand in strafzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 september 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De verdachte had beroep ingesteld tegen een eerdere uitspraak waarin een vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij was toegewezen. De benadeelde partij had een schadevergoeding van EUR 29.165,71 gevorderd, die door het hof was toegewezen, evenals een vergoeding voor de kosten van rechtsbijstand van EUR 1.963,97. De Hoge Raad herhaalt relevante overwegingen uit eerdere uitspraken en stelt dat de kosten voor rechtsbijstand, gemaakt door een benadeelde partij, tot de proceskosten behoren. De rechter dient in deze gevallen een afzonderlijke beslissing te nemen over deze kosten, die in het vonnis moet worden opgenomen. De Hoge Raad oordeelt dat het hof in hoger beroep een hoger bedrag voor de kosten van rechtsbijstand kan toekennen dan in eerste aanleg was toegewezen, mits dit goed gemotiveerd is. De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf, en vermindert deze tot elf maanden en een week, waarvan vier maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. De Hoge Raad oordeelt verder dat de redelijke termijn in de cassatiefase is overschreden, wat leidt tot de strafvermindering.