2.3.1. Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een proces-verbaal van aangifte met nummer PL 1243/08-000171 van 9 januari 2008, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2] (doorgenummerde pagina's 131 tot en met 134).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 9 januari 2008 tegenover opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2] afgelegde verklaring van aangever [slachtoffer 1]:
Op 1 januari 2008 rond 03.00 uur ben ik samen met mijn vriendin [betrokkene 1] van huis richting café [A] in de Haltestraat te Zandvoort gegaan alwaar ik drie jongens zag staan. Toen die jongens op een vervelende toon iets naar mijn vriendin riepen, ben ik er op afgestapt om te vragen wat zij over haar te zeggen hadden. Eén van de jongens haalde meteen naar mij uit met een gesloten vuist; ik dook weg en werd niet geraakt. Daarop heeft die jongen mij direct in een wurggreep genomen. Hij heeft me naar de grond gewerkt en bleef mij in een wurggreep houden.
Een andere jongen begon mij met zijn vuist te slaan. Achteraf heb ik van [betrokkene 1] gehoord dat dit [betrokkene 2] is geweest. [Betrokkene 2] sloeg mij met zijn rechter gebalde vuist een keer of tien hard op mijn rechter jukbeen, waarbij ik hevige pijn voelde. Ondertussen werd ik ook door [betrokkene 2] geschopt op de linkerzijde van mijn romp en linkerzijde van mijn rug, wat verschrikkelijk veel pijn deed. Nadat [betrokkene 2] mij ongeveer vijftien keer had getrapt, begon hij weer op mijn gezicht te stompen. Terwijl dit gebeurde, werd ik door de andere jongen in een wurggreep gehouden. De artsen hebben vastgesteld dat door dit geweld mijn rechter jukbeen op drie plaatsen is gebroken en dat de ribben aan de linkerzijde van mijn lichaam en mijn rugspier zwaar zijn gekneusd. Een week later ben ik geopereerd aan mijn rechter jukbeen waarbij het jukbeen met ijzeren plaatjes is gereconstrueerd.
2. Een proces-verbaal van verhoor met nummer PL 1243/08-000171 van 18 januari 2008, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 3] en [verbalisant 2] (doorgenummerde pagina's 55 tot en met 60).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 18 januari 2008 tegenover opsporingsambtenaren [verbalisant 3] en [verbalisant 2] afgelegde verklaring van [betrokkene 2]:
Tijdens Oud en Nieuw was ik in gezelschap van [betrokkene 3] en [verdachte]. [Verdachte] wordt ook wel [verdachte] of [verdachte] genoemd. We zijn tijdens Oud en Nieuw bij [D] geweest, waar we rond 3 uur vertrokken en zijn teruggelopen naar de [B]. Ik hoorde op een gegeven moment [betrokkene 3] zeggen: hé [betrokkene 1]. Zij was met een vriend die ik niet kende. Ik zag in een boekje bij de rechter dat die vriend [slachtoffer 1] heet.
Ik zag dat die vriend van [betrokkene 1] [betrokkene 3] aansprak. Hij deed dit op een zeer agressieve en opdringerige toon. [Verdachte] nam het op voor [betrokkene 3]. [Betrokkene 3] is een klein mannetje van ongeveer 1.65m lang en had zijn haar laten groeien tot zwarte krullen. [Verdachte] en [slachtoffer 1] kregen een handgemeen en sloegen met vuisten naar elkaar. [Verdachte] was in een verliezende situatie en vroeg mij om hulp. Ik heb hem (het hof begrijpt [slachtoffer 1]) toen een paar keer in zijn gezicht geslagen. [Verdachte] pakte [slachtoffer 1] van achteren vast in een nekklem. Toen [slachtoffer 1] hierdoor half op de grond en half in de lucht hing, heb ik hem met mijn rechtervuist in zijn gezicht geslagen.
3. Een proces-verbaal van verhoor van getuige in de wettelijke vorm opgemaakt door mr. Goedhuis-Visser, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank te Haarlem.
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 2 januari 2010 tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van [betrokkene 2]:
Op de avond van 31 december 2007 op 2008 hebben [verdachte] en ik samen gevochten. Ik weet dat duizend procent zeker. Ik heb Oud en Nieuw met [verdachte] doorgebracht. [Betrokkene 3] en [betrokkene 4] waren er ook bij.
[Betrokkene 5] was er zeker niet bij aanwezig.
4. Een proces-verbaal van verhoor met nummer LE1243/08-000171 van 9 januari 2008, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] (doorgenummerde pagina's 146 tot en met 148).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 9 januari 2008 tegenover opsporingsambtenaar [verbalisant 3] afgelegde verklaring van [betrokkene 6]:
Op oudejaarsavond ben ik na 2.00 uur Zandvoort ingegaan. Ik ging naar café [C] om vrienden gelukkig Nieuwjaar te wensen. Toen ik op gegeven moment uit het raam keek zag ik ter hoogte van café [A] een nichtje van mij, genaamd [betrokkene 1] staan. Links van haar lagen twee jongens en daarboven hing de mij bekende [betrokkene 2]. Ik zag dat de twee jongens op de grond aan het vechten waren. Ik zag dat [betrokkene 2] op de rug en in de nek van het latere slachtoffer aan het beuken was. Een blanke en Turkse jongen lagen op de grond. De Turk sloeg het slachtoffer die de klappen probeerde af te weren. [Betrokkene 2] sloeg het slachtoffer op zijn rug en zij, waarbij het slachtoffer alleen nog maar kon afweren. Op dat moment hield de Turk het slachtoffer nog steeds vast. Op het moment dat ik [betrokkene 2] van het slachtoffer aftrok en het slachtoffer weer weet op te staan, haalde de Turk met zijn rechtervuist minimaal vier keer uit in het gezicht van bet slachtoffer. Ik hoorde de botten in zijn gezicht kraken. Ik zag dat het slachtoffer op de grond viel, weer opstond en nog twee klappen kreeg, waarbij hij bij de laatste klap knock-out ging. De Turk is toen nog een keer op hem afgestapt om hem een klap te geven. Die Turk kan ik omschrijven als:
- 1.75 meter lang;
- ongeveer 18 tot 22 jaar oud;
- beetje lang zwart haar;
- goed Nederlands sprekend met licht accent.
5. Een proces-verbaal van verhoor met nummer PL1243/08-000171 van 21 januari 2008, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 2] (doorgenummerde pagina's l54 en 155).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 21 januari 2008 tegenover opsporingsambtenaar [verbalisant 2] afgelegde verklaring van [betrokkene 4]:
U vraagt mij wie er allemaal bij mij waren met de viering van oud en nieuw. Ik was samen met [betrokkene 3], [betrokkene 2] en [verdachte] (bijnaam [verdachte]). Ze zijn allemaal apart gekomen maar ik weet niet precies hoe laat. Ik weet wel dat ze allemaal voor 24.00 bij mij waren. We zijn vervolgens ook met z'n vieren naar [D] gegaan.
6. Proces verbaal van verboor met nummer PL1228/08-001820 van 18 januari 2008, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 4] (doorgenummerde pagina's 268 en 269).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 18 januari 2008 tegenover opsporingsambtenaar [verbalisant 4] afgelegde verklaring van [betrokkene 7]:
Ik begrijp dat u mij wilt horen met betrekking tot oud en nieuw. U zegt mij dat [verdachte] (het hof begrijpt bij het noemen van deze naam telkens: de verdachte) vast zit en heeft verklaard dat hij met oud en nieuw bij mij was. Ik kan u hierover het volgende verklaren. Ik ken [verdachte] van school en ga incidenteel met hem om. U vraagt mij hoe [verdachte] genoemd wordt. Dat is [verdachte] of [verdachte] (fonetisch). [verdachte] had aan mij gevraagd of ik - indien ik een verklaring zou moeten afleggen - tegenover de politie zou willen verklaren dat hij bij mij was met oud en nieuw. Nu ik weet waarover het gaat kan ik zeggen dat ik die avond bij een andere vriend was. Ik ben niet met [verdachte] geweest en ga dus ook niet verklaren dat dit wel zo is geweest."