ECLI:NL:HR:2010:BN3855
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- E.N. Punt
- J.A.C.A. Overgaauw
- P.M.F. van Loon
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag BPM en boetebeschikking met betrekking tot incidenteel hoger beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 augustus 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de belasting van personenauto's en motorrijwielen (BPM) en een daarbij opgelegde boete aan X B.V. te Z. De Rechtbank te 's-Gravenhage had het beroep van belanghebbende gegrond verklaard, de naheffingsaanslag verminderd en de boete tot nihil verlaagd. Hiertegen heeft de Staatssecretaris hoger beroep ingesteld, terwijl belanghebbende incidenteel hoger beroep heeft ingesteld.
Het Gerechtshof heeft de uitspraak van de Rechtbank bevestigd, maar de Staatssecretaris heeft cassatie ingesteld tegen deze beslissing. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het Gerechtshof een onjuiste rechtsopvatting heeft gehanteerd met betrekking tot de mogelijkheid van incidenteel hoger beroep. De Hoge Raad heeft het incidentele beroep in cassatie van belanghebbende ongegrond verklaard, maar het principale beroep van de Staatssecretaris gegrond verklaard. De uitspraak van het Hof is vernietigd voor zover het het incidentele hoger beroep van de Inspecteur ongegrond verklaarde.
De Hoge Raad heeft de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling en beslissing, met inachtneming van het arrest. De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 13 augustus 2010.