ECLI:NL:HR:2008:BC9766
Hoge Raad
- Cassatie
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- F.B. Bakels
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
De reikwijdte van het gezag van gewijsde van buitenlandse vonnissen in het merkenrecht binnen de EU
In deze zaak gaat het om de vraag of de Beneluxmerkrechten van Diesel zijn uitgeput doordat Cosmos, een Spaanse distributeur, schoenen met het merk DIESEL in de EER heeft verhandeld. Diesel heeft Makro en andere partijen aangeklaagd voor inbreuk op haar auteurs- en merkrechten. De rechtbank te Amsterdam heeft de vorderingen van Diesel grotendeels toegewezen, maar verklaarde zich onbevoegd voor de vorderingen die waren gegrond op een Gemeenschapsmerk. Makro c.s. hebben hoger beroep ingesteld, maar het gerechtshof te Amsterdam heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Makro c.s. hebben cassatie ingesteld bij de Hoge Raad, die de zaak heeft aangehouden en prejudiciële vragen heeft gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen over de bindende kracht van buitenlandse vonnissen en de toestemming van de merkhouder voor het in de EER verhandelen van goederen. De Hoge Raad concludeert dat de bindende kracht van de uitspraak van het Spaanse hof niet kan worden ingeroepen in deze procedure, omdat de rechtsverhouding tussen Diesel en Makro c.s. niet dezelfde is als die tussen Diesel en de Spaanse partijen. De Hoge Raad verzoekt het Hof van Justitie om uitleg over de maatstaven die moeten worden aangelegd voor de beoordeling van impliciete toestemming van de merkhouder in het geval dat goederen eerder binnen de EER in de handel zijn gebracht. De zaak is van belang voor de interpretatie van het merkenrecht binnen de EU en de werking van het gezag van gewijsde van buitenlandse vonnissen.