ECLI:NL:HR:2006:AZ4972
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- L. Monné
- C.A. Streefkerk
- Rechtspraak.nl
Forensenbelasting en gelijke behandeling van eigenaren van recreatiewoningen
In deze zaak gaat het om een geschil over de aanslag in de forensenbelasting die aan belanghebbende is opgelegd voor een gemeubileerde woning in de gemeente Boarnsterhim voor het jaar 2001. De gemeente heeft een aanslag van € 809 opgelegd, welke na bezwaar door het hoofd van de afdeling financiën is gehandhaafd. Belanghebbende heeft hiertegen beroep ingesteld bij het Gerechtshof, dat het beroep ongegrond verklaarde. Vervolgens heeft belanghebbende cassatie ingesteld tegen deze uitspraak van het Hof.
Belanghebbende stelde dat er sprake was van discriminatie, omdat eigenaren die hun woning via een exploitant van een caravanpark verhuren, geen aanslag in de forensenbelasting krijgen opgelegd. Het Hof oordeelde dat er geen sprake was van gelijke gevallen, wat leidde tot de afwijzing van belanghebbendes stelling. De Hoge Raad heeft het beroep gegrond verklaard en de uitspraak van het Hof vernietigd. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof een onjuiste rechtsopvatting heeft gehanteerd en dat de beoordeling van de klachten onvoldoende gemotiveerd was.
De Hoge Raad heeft de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling en beslissing, met inachtneming van het arrest. Tevens is bepaald dat de gemeente Boarnsterhim het griffierecht van € 87 aan belanghebbende moet vergoeden. Dit arrest benadrukt het belang van gelijke behandeling in belastingzaken en de noodzaak voor een zorgvuldige motivering van uitspraken door lagere rechters.