ECLI:NL:HR:2004:AR3099
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- P. Lourens
- J.W. van den Berge
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en procesorde bij indienen stukken
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 6 december 2002, betreffende navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor de jaren 1992 tot en met 1995. De navorderingsaanslagen zijn opgelegd naar een belastbaar inkomen van respectievelijk ƒ 17.545, ƒ 23.061, ƒ 12.669 en ƒ 15.760. Na bezwaar zijn deze aanslagen door de Inspecteur gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Inspecteur, waarop belanghebbende cassatie instelde.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof ten onrechte heeft geoordeeld dat de kilometeradministratie van belanghebbende tardief was. Belanghebbende had aangeboden deze administratie ter zitting over te leggen, maar het Hof had dit afgewezen. De Hoge Raad stelt vast dat artikel 8:58, lid 1, van de Algemene wet bestuursrecht partijen de mogelijkheid biedt om tot tien dagen voor de zitting nadere stukken in te dienen. De Hoge Raad concludeert dat het Hof niet voldoende rekening heeft gehouden met de omstandigheden waaronder belanghebbende zijn administratie niet eerder heeft kunnen indienen.
De Hoge Raad verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te 's Hertogenbosch voor verdere behandeling. Tevens gelast de Hoge Raad dat de Staat aan belanghebbende het griffierecht van € 82 vergoedt. Dit arrest is gewezen op 1 oktober 2004 door de vice-president en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken.