ECLI:NL:HR:2002:AF1210
Hoge Raad
- Cassatie
- G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp
- H.A.M. Aaftink
- A.G. Pos
- D.H. Beukenhorst
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de opheffing van conservatoir beslag en de rechtsgeldigheid van overeenkomsten in een internationale context
In deze zaak heeft Dipasa Europe B.V. (hierna: eiseres) verweerster in cassatie gedagvaard voor de President van de Rechtbank te Almelo, met het verzoek om conservatoire beslagen op te heffen. De eiseres vorderde dat verweerster, die niet verschenen was, binnen 24 uur na het vonnis het beslag zou opheffen, op straffe van een dwangsom. De President heeft op 5 februari 1999 de beslagen opgeheven, maar verweerster heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Arnhem. Het Hof heeft op 29 februari 2000 het vonnis van de President vernietigd en de vordering van eiseres afgewezen. Eiseres heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest van het Hof.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de vennootschap naar Mexicaans recht, Dipasa Mexico, op 4 juni 1998 een overeenkomst heeft gesloten met verweerster voor de gezamenlijke bewerking en verkoop van sesamzaad. Eiseres trad op als vertegenwoordiger van Dipasa Mexico en stelde zich borg voor diens verplichtingen. Verweerster heeft conservatoir beslag gelegd op de goederen van eiseres, met een vordering van US$ 4 miljoen. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof in zijn beoordeling van de klachten van eiseres niet heeft voldaan aan de beginselen van een goede procesorde, met name het beginsel van hoor en wederhoor. Het Hof heeft een omvangrijke 'affidavit' van verweerster als bewijs toegelaten, zonder dat eiseres voldoende gelegenheid had om hierop te reageren.
De Hoge Raad vernietigt het arrest van het Gerechtshof en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. Eiseres wordt in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, tot op deze uitspraak begroot op € 329,65 aan verschotten en € 1.590,-- voor salaris.