Uitspraak
Reimert”,
en die bij de rechtbank gedaagde was,
de Provincie”,
1.Het verloop van de procedure bij de rechtbank
2.Het verloop van de procedure bij het hof
- de dagvaarding in hoger beroep van 14 maart 2022 door Reimert;
- de memorie van grieven van 23 augustus 2022 met producties;
- de memorie van antwoord van 3 januari 2023 met producties;
- het arrest van 7 maart 2023 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- de akte overlegging productiesvan20 juni 2023 van Reimert;
- de akte uitlating producties van 20 juni 2023 van Reimert;
- de akte in reactie op akte uitlating producties en akte overlegging producties van
3.Waarover gaat het in deze zaak
4.De feiten
“Verduidelijking gevraagd mbt aanbieding Fiets- voetgangersbrug Waterlandseweg”schrijft de Provincie aan Reimert het volgende:
“Zoals zojuist telefonisch besproken ontvangt u hierbij een aantal punten waarvan wij, op basis van uw aanbieding, veronderstellen dat er mogelijk sprake kan zijn van een afwijking van het contract. Het gaat hierbij niet om een limitatieve lijst maar enkel om punten die ons zijn opgevallen in het kader van de EMVI beoordeling. Zoals bekend mag worden verondersteld zult u moeten voldoen aan de bepalingen die voortvloeien uit de contractdocumenten. Uw aanbieding maakt onderdeel uit van deze contractdocument en is daarmee dus ook een contractuele verplichting. Dit geldt ook voor de vormgeving die vanuit de aanbieding is aangeboden. Het is niet toegestaan uw aanbieding aan te passen gedurende de beoordelingsfase van de aanbestedingsprocedure. Om echter te voorkomen dat we verschillende verwachtingen hebben of krijgen ontvangen wij graag van u een bevestiging dat u zich conformeert aan de contractuele bepalingen. Dit geldt uiteraard voor uw gehele aanbieding en voor onderstaande punten in het bijzonder.”(…)• Zoals wij nu kunnen beoordelen lijkt het te overbruggen hoogteverschil aanzienlijk hoger (indicatief 1m) dan noodzakelijk is om de Waterlandseweg te kruisen. Door de hogere kruising van het fietspad met de Waterlandseweg komt het fietspad ook dichter bij de hoogspanningskabel te liggen. Wij gaan ervan uit dat uw aanbieding - danwel uw definitief ontwerp- voldoet aan de contractuele bepalingen op dit punt. Wij wijzen u volledigheidshalve op het feit dat een hogere kruising van het fietspad met de Waterlandseweg ervoor zorgt dat er een aanzienlijke extra helling ontstaat voor gebruikers van de brug wat het gebruikscomfort niet ten goede komt.Gelet op de voortgang in het aanbestedingsproces verwacht ik uiterlijk aanstaande maandag 9 juli voor 16.00 uur een bevestiging van u op bovenstaande punten en waar nodig een nadere toelichting. Ik ga ervan uit dat de door mij aangegeven punten duidelijk zijn. Mocht dat niet het geval zijn dan hoor ik dat graag spoedig van u.
“Naar aanleiding van onderstaande mail(Hof: bedoeld is de hiervoor geciteerde e-mail van 6 juli 2018)
hebben wij de aangegeven zorgpunten besproken met ons projectteam. Vrijdagmiddag heb ik per voicemail al aangegeven dat er wat ons betreft geen onoverkomelijke zaken tussen zitten en wij zijn er van overtuigd dat e.e.a. gewoon valt op te lossen binnen de gestelde contracteisen. Deze mail kunt u dan, zoals gevraagd in uw mail, ook beschouwen als bevestiging dat wij ons volledig conformeren aan de contractuele bepalingen, indien mogelijk of wenselijk willen wij de expliciete zorgpunten ook nog wel mondeling komen toe lichten. Hopelijk is e.e.a. hiermee voldoende afgehecht, mocht dit nog niet het geval zijn, dan hoor ik het graag.
Zoals wij nu kunnen beoordelen lijkt het te overbruggen hoogteverschil” en eindigt met het gebruikscomfort niet ten goede komt is door Reimert de volgende tekst ingevoegd:
”Hier is wat ons betreft nog ruimte voor aanvullende optimalisaties binnen de contractuele bepalingen.”
“1.2 ContractbeheersingsfilosofieVoor de onderhavige overeenkomst is gekozen voor een aanpak van systeemgerichte contractbeheersing door de Opdrachtgever. De Opdrachtgever wenst zoveel mogelijk op afstand te blijven staan van het proces en product van de Opdrachtnemer. Desondanks heeft de Opdrachtgever een maatschappelijke verantwoordelijkheid bij de realisatie van het Werk. Met het oog daarop wordt van de Opdrachtnemer een beheerste werkwijze en borging daarvan geëist. De eisen die gesteld worden aan de beheerste werkwijze zijn nader uitgewerkt in deze Vraagspecificatie Proces.Indien de Opdrachtnemer een werkwijze implementeert die voldoet aan de eisen uit de Vraagspecificatie Proces, hetgeen hij aan de Opdrachtgever inzichtelijk moet maken, geeft dit de Opdrachtgever in beginsel het vertrouwen dat het eindresultaat aan de gestelde eisen voldoet. Om dit vertrouwen te onderbouwen toetst de Opdrachtgever. De toetsen worden op basis van het risicoregister ingepland. Gegeven de wens om op afstand te blijven toetst de Opdrachtgever met name of de Opdrachtnemer werkt volgens zijn kwaliteitsmanagementsysteem en of de registraties van de Opdrachtnemer betrouwbaar zijn. Om tot dit oordeel te kunnen komen maakt de Opdrachtgever gebruik van systeem-, proces- en producttoetsen.Concreet voor het project Fiets- voetgangersbrug Waterlandseweg heeft de Opdrachtgever ervoor gekozen om in de beginfase na de project-startup en tijdens de ontwerpfase intensief te toetsen. Het doel hiervan is om de Opdrachtnemer de kans te geven een juiste en volledige werking van zijn kwaliteitsmanagementsysteem te laten zien. Bij gebleken kwaliteit voert de Opdrachtgever deze toetsen steeds meer op afstand van het proces van de Opdrachtnemer uit.”
"3.4 VormgevingstrajectDe Opdrachtgever hecht grote waarde aan de uiteindelijke vormgeving van de fietsbrug. Om die reden is vormgeving dan ook een belangrijk onderdeel in de gunning van de opdracht. Vanuit het aanbiedingsontwerp van de Opdrachtnemer dient een vormgevingstraject te worden doorlopen dat uiteindelijk resulteert in een eindproduct (fiets-voetgangersverbinding) die voldoet aan de contractuele eisen en ambities. Het vormgevingsproces loopt dan ook als een rode draad door het gehele proces van totstandkoming. Om dit vormgevingsproces succesvol te doorlopen is het belangrijk vanaf het vroege begin van het project tot aan het einde van het project op een open en constructieve manier het gesprek aan te gaan met de betrokken stakeholders. Belangrijke spelers hierin zijn in ieder geval de welstandscommissie en de commissie Land Art Flevoland.In het contractbeheerteam van de Opdrachtgever is een architect opgenomen. Deze architect heeft kennis van het voortraject en de aanbestedingsprocedure die in het kader van dit project doorlopen is. Opdrachtgever heef bewust deze keuze gemaakt om zodoende:• de Opdrachtnemer een sparringpartner vanuit de opdrachtgever te bieden op het gebied van vormgeving."
“HOOFDSTUK 2 – ALGEMENE VERPLICHTINGEN VAN PARTIJEN§ 4 Verplichtingen van de Opdrachtnemer
HOOFDSTUK 7_WIJZIGINGEN, SCHORSING, ONTBINDING, OPZEGGING
Resultaatsverplichting
“Conform de laatst toegestuurde planning v19.1 is de datum van Aanvaarding verplaatst van 6 mei 2021 naar 5 november 2021. Voor een verdere verklaring verwijzen wij naar de planning die op 7 september jl. is toegezonden. Wij verzoeken u hierbij dan ook om ons termijnverlenging toe te kennen tot en met 5 november 2021.”
“Verzoek om termijnsverlengingU vraagt ons om formeel te reageren op uw verzoek om termijnsverlenging op grond van § 44 lid 1 a of b UAV-GC 2005.(…) elke overgelegde planning waarin een opleverdatum afwijkend van de in de Basisovereenkomst vastgelegde datum was opgenomen, heeft opdrachtgever aangegeven dat acceptatie van een planning niet betekent dat de formele opleverdatum verschuift De formele opleverdatum is thans nog steeds de in (artikel 2 lid 5 van) de Basisovereenkomst vastgelegde datum 18 december 2019. Mede op grond van hetgeen wij reeds gesteld hebben in de door ons op 24 februari 2021 ingediende Conclusie van Antwoord, zien wij geen grond of aanleiding om uw verzoek om termijnsverlenging te honoreren.”
5.Vordering bij en beslissing door de rechtbank
1. betaling voor VTW-006 € 232.646,60, te vermeerderen met btw en wettelijke (handels)rente en vermeerderd met 2% ex § 42-2 UAV;
2. betaling voor VTW-007 € 64.480, -, te vermeerderen btw en wettelijke (handels)rente en vermeerderd met 2% ex § 42-2 UAV;
3. betaling voor VTW-008 € 219.801.60, te vermeerderen met btw en met wettelijke (handels)rente, verhoogd met 2% ex § 42-2 UAV;
4. betaling aan Reimert voor VTW-009 € 31.426,56 te vermeerderen met btw en wettelijke (handels)rente en vermeerderd met 2% ex § 42-2 UAV;
5. betaling voor VTW-013 € 146.348.80, te vermeerderen met btw en vermeerderd met wettelijke (handels)rente en vermeerderd met 2% ex § 42-2 UAV;
6. betaling aan Reimert van de met extra ondersteuning voor en gewijzigde verbinding van de fietsbrug gemoeide kosten groot € 491.860.-, te vermeerderen met btw en verschenen wettelijke (handels)rente en te vermeerderen met 2% ex § 42-2 UAV;
7. Een verklaring voor recht dat Reimert recht heeft op termijnverlenging tot en met
8. betaling aan Reimert voor kosten € 870.741,95, vermeerderd met btw en verschenen wettelijke (handels)rente en te vermeerderen met 2% ex § 42-2 UAV;
9. De Provincie te veroordelen in de proceskosten met kosten van rechtsbijstand van Reimert te vermeerderen met de wettelijke rente daarover.
6.Beslissingen van processuele aard door het hof
7.De beoordeling van de grieven en de vorderingen
grief VIIis toegesneden.
“verantwoordelijk”is
“voor elk gebrek in het Werk dat niet krachtens de wet, de Overeenkomst of de in het verkeer geldende opvattingen aan de Opdrachtgever kan worden toegerekend”.Uitgangspunt is daarmee dat de vaststaande vertraging in de oplevering voor rekening van Reimert komt.
1. de vergunningsaanvraag bevat geen onvolledigheden of onjuistheden;
2. het aan de vergunningaanvraag ten grondslag liggende ontwerp bevat geen onvolkomenheden;
3. de Opdrachtnemer heeft al het mogelijke gedaan om de vergunning(en) etcetera tijdig te verkrijgen;
4. de Opdrachtnemer heeft in de planning voldoende rekening gehouden met mogelijke vertraging in het vergunningenproces en maatregelen genomen om te voorkomen dat de vergunning(en) etcetera op het kritieke pad komen te liggen.
Wij wijzen u volledigheidshalve op het feit dat een hogere kruising van het fietspad met de Waterlandseweg ervoor zorgt dat er een aanzienlijke extra helling ontstaat voor gebruikers van de brug maar het gebruikscomfort niet ten goede komt.Reimert heeft daarop kort als volgt geantwoord in een e-mail van 9 juli 2018:
Hier is wat ons betreft nog ruimte voor aanvullende optimalisaties binnen de contractuele bepalingen.
“Verduidelijking gevraagd mbt aanbieding Fiets- voetgangersbrug Waterlandseweg”.Deze e-mail bevat in wezen niet veel meer dan een waarschuwing aan Reimert dat de hoogte van de brug meebrengt dat het fietsverkeer over de brug dichter dan strikt nodig onder de hoogspanningskabels moet rijden en of Reimert in de gaten wil houden daarbij wel binnen de contractuele grenzen te blijven. De e-mail sluit af met de bijna terloopse opmerking in één enkele zin: “
Wij wijzen u volledigheidshalve op het feit dat een hogere kruising van het fietspad met de Waterlandseweg ervoor zorgt dat er een aanzienlijke extra helling ontstaat voor gebruikers van de brug wat het gebruikscomfort niet ten goede komt.”
“Hier is wat ons betreft nog ruimte voor aanvullende optimalisatiesbinnen de contractuele bepalingen.”(onderstreping door het hof).
Grief V faalt.
Grief VI faalt.
grief VIII. Deze grief is gericht tegen de rechtsoverwegingen 3.11 en 3.36. Deze grief lijkt van procesrechtelijke aard. Reimert betoogt daarin dat door de wijze waarop de rechtbank de zaak heeft behandeld het partijdebat over de door Reimert ingestelde vordering niet kon plaatsvinden, ook niet tijdens de mondelinge behandeling. De grief komt er verder op neer dat Reimert vorderingen, die al lang bij de Provincie bekend waren, in de dagvaarding heeft onderbouwd. De Provincie heeft daartegen pas in haar conclusie van antwoord in eerste aanleg verweer gevoerd. Terwijl Reimert op dat verweer niet heeft kunnen reageren door haar vorderingen nader te onderbouwen. Deze algemene bezwaren komen neer op bezwaren tegen de inrichting van het Nederlandse procesrecht zoals de wetgever dat heeft vastgelegd. Het is aan Reimert zelf te wijten dat zij de onderbouwing van haar vorderingen niet van meet af aan op orde had.
grieven IX en Xhebben naast de voorgaande grieven geen zelfstandige betekenis omdat zij, los van die grieven, geen nieuwe gronden voor vernietiging van het bestreden vonnis aan de orde stellen. Om die reden delen deze grieven in het lot van de voorgaande grieven en falen.