Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellant] ,wonende te [woonplaats] ,
[appellante] ,wonende te [woonplaats] ,
1.[geïntimeerde 1] ,wonende te [woonplaats] ,
[geïntimeerde 2] ,wonende te [woonplaats] ,
[geïntimeerde 3] ,wonende te [woonplaats] ,
1.Waar het in deze zaak over gaat
2.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/02/409779 / KG ZA 23-222)
3.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep met grieven en producties;
- de memorie van antwoord met producties;
- de mondelinge behandeling op 19 januari 2024, waarbij beide partijen spreekaantekeningen hebben overgelegd;
- de bij brief van 5 januari 2024 namens [appellanten] toegezonden producties, die [appellanten] bij de mondelinge behandeling in het geding hebben gebracht;
- de bij brief van 8 januari 2024 namens [geïntimeerden] toegezonden producties, die [geïntimeerden] bij de mondelinge behandeling bij akte in het geding hebben gebracht.
4.De feiten
6.Het oordeel van het hof (…)
Is er een geldige koopovereenkomst gesloten tussen [erflater] en [appellant] en [appellante] ?
7.De beslissing
Het verkochte zal op de datum van leveringleeg, onverhuurd en onbezwaardzijn. (…)”
5.De procedure bij de voorzieningenrechter
- subsidiair, indien de voorzieningenrechter oordeelt dat [geïntimeerden] niet aan voornoemd arrest hebben voldaan en wel dwangsommen zijn verschuldigd: de dwangsommen op te heffen of te matigen of de incassering van de dwangsommen op te schorten;
- veroordeling van [appellanten] in de proceskosten.