ECLI:NL:GHSHE:2024:3126
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking verzoek in strafzaak; ontvankelijkheid en procedurele aspecten
In deze zaak heeft verzoeker voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling een wrakingsverzoek ingediend, dat door de behandelend voorzitter buiten behandeling is gelaten. De voorzitter oordeelde dat er geen sprake was van een wrakingsverzoek in de zin van de wet, waarna het onderzoek in alle zaken werd gesloten en onmiddellijk uitspraak werd gedaan. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en het Openbaar Ministerie in de vervolging niet-ontvankelijk verklaard. De wrakingskamer heeft het verzoek buiten behandeling gesteld, omdat er geen rol meer was voor de wrakingskamer nu de behandeling van de strafzaak in hoger beroep was geëindigd. Het hof heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek niet voldoende gemotiveerd was en dat de ingediende klachten niet als een geldig wrakingsverzoek konden worden aangemerkt. De voorzitter heeft het verzoek terecht gepasseerd, aangezien er geen rechter meer was die de zaak behandelde in de zin van artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering. De beslissing is openbaar uitgesproken op 4 oktober 2024.