Uitspraak
s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/01/358904/ HA ZA 20-360)
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
MOGELIJKE RECIDIVE DOOR [persoon A ]
(..) Dan zie ik, dan zie ik mensen aankomen en dan weet ik ah, het gaat weer gebeuren. En dan hoor je in een keer boom en dan knallen ze een auto erop. Dus ik zie dat ze dat daar allemaal doen. Maar ik moest van die auto af dus ik zeg tegen [echtgenoot van appellante] , ik zeg eh, ken jij niemand die hem erop rijdt. Dat kan ik zelf wel zegt hij. Ik zeg maar heb jij nooit. Ik ken [echtgenoot van appellante] eigenlijk heel mijn leven maar eigenlijk ook stom dat ik nooit zo gedacht heb. Ik zeg maar heb jij nooit veel met de verzekering gehad. Ik zeg hebt toch al veel dingen gehad. Ik zeg niet dat ik nou problemen krijg. Ik heb nooit niks gehand zei hij, altijd goed. Dus hij rijdt die auto bij mij erop, maar wat doet hij, hij had die schade al gebeurd. Links had hij schade zei hij maar dat wist ik niet. Maar ik zei ik moet de zijkant hebben. Dat is goed goed.