Uitspraak
datum beslissing: 7 oktober 2021
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 7 oktober 2021 een beslissing genomen over een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen mr. drs. T.A. Gladpootjes, die eerder zaken van de verzoeker heeft behandeld. Het wrakingsverzoek werd ingediend op 5 oktober 2021, maar het hof oordeelde dat het verzoek te laat was ingediend, aangezien de verzoeker al begin september op de hoogte was van de naam van de raadsheer. De wrakingskamer stelde vast dat de verzoeker niet-ontvankelijk moest worden verklaard in zijn wrakingsverzoek, omdat niet was voldaan aan de wettelijke termijn voor het indienen van een wrakingsverzoek. Daarnaast oordeelde het hof dat de stellingen van de verzoeker over partijdigheid van de raadsheer onvoldoende onderbouwd waren. De enkele omstandigheid dat de raadsheer eerder zaken van de verzoeker had behandeld, was niet voldoende om te concluderen dat er sprake was van partijdigheid. Het hof verklaarde het wrakingsverzoek kennelijk ongegrond en bepaalde dat toekomstige wrakingsverzoeken van de verzoeker in deze zaken niet in behandeling zouden worden genomen. De beslissing werd openbaar uitgesproken en de procesgang in de hoofdzaken werd voortgezet.