Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
18 augustus 2016, nummer 16/2438,in het geding tussen
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
4.Gronden
5.Beslissing
- vernietigtde uitspraak van de Rechtbank,
- verklaarthet bij de Rechtbank ingestelde beroep gegrond,
- vernietigtde uitspraak op bezwaar,
- vermindertde voorlopige aanslag berekend naar een premie-inkomen van (270 dagen/360 dagen) x € 33.363;
- gelastdat de Inspecteur aan belanghebbende het door deze ter zake van de behandeling van het beroep bij de Rechtbank en het hoger beroep bij het Hof betaalde griffierecht ten bedrage van, in totaal, € 169 vergoedt,
- veroordeeltde Inspecteur in de kosten van bezwaar aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op € 249; en
- veroordeeltde Inspecteur in de proceskosten van het geding bij de Rechtbank en bij het Hof aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op, in totaal, € 2.505.