Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
’s-Hertogenbosch. Aldaar zijn toen verschenen en gehoord, namens belanghebbende, de heer [A], advocaat te [B], alsmede, namens de Heffingsambtenaar, mevrouw [C], de heer [D] en de heer [E].
2.Feiten en regelgeving
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
4.Gronden
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep ongegrond;
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank, behoudens voor zover deze de gegrondverklaring van het beroep, alsmede de beslissingen omtrent de kosten van de bezwaarfase, de proceskosten en het griffierecht betreft;
- bevestigt de uitspraak van de Rechtbank voor het overige;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar, alsmede de aanslag;
- bepaalt dat van de Heffingsambtenaar ter zake van het door hem ingestelde hoger beroep door tussenkomst van de griffier een griffierecht wordt geheven ten bedrage van € 493;
- veroordeelt de Heffingsambtenaar in de proceskosten aan de zijde van belanghebbende in verband met de behandeling van het hoger beroep, vastgesteld op € 980.
’s-Gravenhage. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen.