Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht van 19 september 2016 met bijlagen, ingekomen op 21 september 2016
- een journaalbericht van 5 december 2016 met bijlagen, ingekomen op 6 december 2016;
- een journaalbericht van 27 december 2016 met bijlagen, ingekomen op diezelfde datum;
- de vrouw, bijgestaan door advocaat van appellanten;
- de man, bijgestaan door zijn advocaat en een kantoorgenoot.
3.De feiten
- [de jongmeerderjarige] , en
- [de minderjarige] , geboren [in] 1999 te [geboorteplaats] (hierna te noemen: [de minderjarige] ),
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
€ 618,50 per maand en als bijdrage in de kosten van levensonderhoud en studie van [de jongmeerderjarige] , telkens voor wat betreft de na heden te verschijnen termijnen telkens bij vooruitbetaling, zal uitkeren € 727,50 per maand.
€ 16,08 per maand, premie zorgverzekering ad € 106,50 per maand en OV-kaart ad
€ 20,- per maand, neemt het hof in aanmerking, met dien verstande dat het hof – gezien het standpunt van de man – een bedrag van € 83,- per maand aan zorgtoeslag in mindering brengt.
rekening te houden met een bedrag van € 100,- per maand aan uiteten en uitgaan.
€ 158,33 en benzine ad € 18,10. Het hof acht het redelijk om rekening te houden met een bedrag van in totaal € 100,- per maand.
€ 144,78 per maand als kosten van uiteten. De man stelt dat maximaal rekening moet worden gehouden met een bedrag van € 30,- per maand aan uiteten en uitgaan, aangezien het meerdere niet is aangetoond. Het hof is van oordeel dat het, gezien de welstand van partijen, redelijk is om rekening te houden met een bedrag van € 100,- per maand aan uiteten en uitgaan.
€ 50,- per maand in aanmerking dient te worden genomen voor de alimentatie van de jongmeerderjarige en minderjarige. Het hof overweegt daartoe als volgt. In het navolgende stelt het hof de partneralimentatie ten behoeve van de vrouw vast op € 8.000,- tot 1 januari 2018 en met ingang van die datum op € 6.500,- per maand. Het hof acht het redelijk dat de vrouw van die partneralimentatie een aandeel in de kosten van de kinderen voldoet van € 25,- per kind per maand.
€ 11,99 per maand.
€ 550,- per maand, savings ad € 500,- per maand en cash opnamen ad € 587,50 per maand, onvoldoende heeft onderbouwd.
€ 8.000,- per maand.
6.De beslissing
€ 6.500,- per maand, de toekomstige termijnen telkens bij vooruitbetaling te voldoen;