3.1.Op grond van de stukken van het geding gaat het Hof in hoger beroep uit van de volgende door de rechtbank in haar uitspraak vermelde feiten, waarbij belanghebbende als “eiseres” en de Inspecteur als “verweerder” is aangeduid.
“1. In 1994 hebben (ex-)medewerkers van de Kredietbank Luxembourg te Luxemburg (hierna: de KB Lux) documenten en microfiches van de KB Lux ontvreemd. Deze gegevens zijn in handen gekomen van de Belgische autoriteiten. Op 27 oktober 2000 zijn deze gegevens door de Belgische autoriteiten op basis van de Richtlijn 77/799/EEG in het kader van een zogenoemde spontane uitwisseling van inlichtingen verstrekt aan het Ministerie van Financiën te Den Haag. De Belastingdienst/FIOD heeft naar aanleiding van deze gegevens vervolgens onderzoek gedaan, later bekend geworden als het Rekeningenproject. Het onderzoek richtte zich op het vaststellen van de identiteit van Nederlandse rekeninghouders waarvan de gegevens waren vermeld op de afdrukken van de microfiches (hierna: de renseignementen). De ontwikkelingen aangaande dit project zijn binnen de Belastingdienst verspreid door middel van het Draaiboek Rekeningenproject en nieuwsbrieven.
2. Verweerder heeft twee renseignementen ontvangen op naam van [W] inzake bij de KB Lux aangehouden rekeningen. Het gaat daarbij om de volgende rekeningen:
-depositorekening met nummer […], saldo per 31 januari 1994: ƒ 225.000;
-zichtrekening met nummer […] saldo per 31 januari 1994: ƒ 3.943,77.
3. Eiseres is gehuwd met [V] (de echtgenoot). Verweerder heeft de echtgenoot en eiseres geïdentificeerd als rekeninghouders van de onder 2. genoemde rekeningen. Eiseres heeft in haar aangiften inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen geen inkomensbestanddelen opgenomen die betrekking hebben op rekeningen bij de KB Lux.
4. Verweerder heeft de echtgenoot op 12 maart 2002 een vragenbrief gestuurd ter zake van de in het buitenland aangehouden bankrekeningen. Verweerder heeft de echtgenoot daarbij onder meer gewezen op artikel 47, eerste lid, onderdeel a, artikel 49, artikel 25, zesde lid, onderdeel b, en artikel 27e, onderdeel b, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: de AWR). Als bijlage bij deze brief is een formulier “Verklaring Buitenlandse Bankrekeningen” gevoegd. In dit formulier wordt van de echtgenoot gevraagd om – onder vermelding van onder andere rekeningnummers, namen van buitenlandse banken en jaren van opening van de rekeningen – aan te geven van welke in het buitenland aangehouden bankrekeningen hij en eiseres rekeninghouder zijn geweest.
5. Op 14 maart 2002 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen de echtgenoot en verweerder. Tijdens dat gesprek heeft de echtgenoot verklaard dat hij nooit een rekening in het buitenland heeft gehad. Voorts heeft de echtgenoot meegedeeld dat hij een oom en tante heeft met dezelfde namen. De echtgenoot heeft het formulier “Verklaring Buitenlandse Bankrekeningen” op 14 maart 2002 ondertekend. Op het formulier verklaart de echtgenoot nooit een bankrekening in het buitenland te hebben gehad.
6. Bij brief van 29 maart 2002 heeft verweerder aan de echtgenoot meegedeeld dat onderzoek is gedaan naar zijn uitlatingen over een om en tante met dezelfde namen en dat dit onderzoek niets heeft opgeleverd. De echtgenoot is in de gelegenheid gesteld om zijn verklaring te herzien. Als bijlage bij deze brief is wederom een formulier ''Verklaring Buitenlandse Bankrekeningen" gevoegd. De echtgenoot heeft het formulier, gedateerd op 2 april 2002, retour gezonden. Op het formulier heeft de echtgenoot aangegeven dat hij deze niet kan ondertekenen omdat hij nooit een rekening in het buitenland heeft gehad.
7. Op 7 november 2002 is door een medewerker va de FIOD een proces-verbaal van de identificatie van eiseres en haar echtgenoot als rekeninghouders opgemaakt.
8. Bij brief van 29 september 2005 heeft verweerder eiseres verzocht om informatie over de aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2002. Eiseres wordt verzocht om een overzicht per rekening te verstrekken van haar banktegoeden en effecten per 1 januari 2002 en 31 december 2002. Voorts wordt eiseres in de gelegenheid gesteld om gegevens te verstrekken van de bankrekeningen bij de KB Lux. Als bijlage bij deze brief is wederom een formulier "Verklaring Buitenlandse Bankrekeningen" gevoegd.
9. Eiseres heeft niet op voormeld verzoek gereageerd. Wel heeft de echtgenoot naar aanleiding van een aan hem gericht gelijkluidend verzoek overzichten verstrekt van de in Nederland aangehouden banktegoeden en effecten. Het formulier "Verklaring Buitenlandse Bankrekeningen" is door eiseres, noch door haar echtgenoot retour gezonden.”