ECLI:NL:GHARN:2012:BY2256
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Y.A.J.M. van Kuijck
- J.P. Bordes
- W.R. Rosingh
- R. Poll
- M. van Weers
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling en beoordeling van geweldsmisdrijf in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 5 november 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde, die eerder door de rechtbank Breda was opgelegd. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk opgelegd op 24 november 2005, en de verpleging van overheidswege was bevolen op 30 maart 2009. De terbeschikkinggestelde had een lange behandelhistorie en er waren zorgen over recidivegevaar, vooral gezien zijn problematiek met ADHD en een persoonlijkheidsstoornis. Het hof heeft overwogen dat de rechter die de terbeschikkingstelling met voorwaarden oplegt, zich ook moet uitlaten over de vraag of deze is opgelegd voor een geweldsmisdrijf, ook al is artikel 359, zevende lid van het Wetboek van Strafvordering niet van toepassing. Dit is van belang voor de rechtszekerheid en de beoordeling van de dwangverpleging.
Het hof heeft vastgesteld dat de terbeschikkingstelling niet in duur was gemaximeerd, maar dat er wel sprake was van een geweldsmisdrijf. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege voorwaardelijk was beëindigd, maar het hof heeft deze beslissing vernietigd en de terbeschikkingstelling met een jaar verlengd. Het hof heeft geconcludeerd dat het recidivegevaar nog niet voldoende was verminderd om de terbeschikkingstelling te beëindigen, en dat de noodzaak voor voortduring van de maatregel op korte termijn opnieuw moest worden getoetst. De beslissing van het hof benadrukt het belang van duidelijke communicatie over de voorwaarden van terbeschikkingstelling en de beoordeling van geweldsmisdrijven in het kader van de wetgeving.