ECLI:NL:GHARN:2012:BX4091
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R.A. Dozy
- P.H. van Ginkel
- G.P.M. van den Dungen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering inzage correspondentie in aansprakelijkheidskwestie ziekenhuis
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 7 augustus 2012 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een vordering ex artikel 843a Rv. De appellant, vertegenwoordigd door mr. M.F. Hartman, vorderde inzage in correspondentie tussen het ziekenhuis en zijn aansprakelijkheidsverzekeraar, Medirisk, met betrekking tot een operatie die plaatsvond op 29 mei 2003. De appellant stelde dat de orthopedisch chirurg, [X], onzorgvuldig had gehandeld door de peesspanning niet te controleren tijdens de operatie, wat zou hebben geleid tot een langdurig revalidatietraject en een tweede ingreep. Het ziekenhuis, vertegenwoordigd door mr. E.J. Wervelman, betwistte deze stellingen en voerde aan dat de vordering tot inzage niet toewijsbaar was.
Het hof overwoog dat het maatschappelijk belang van vertrouwelijkheid tussen verzekeraar en verzekerde zou worden geschaad indien er een verplichting tot openbaarmaking van de correspondentie zou bestaan. Het hof benadrukte dat partijen het recht hebben om hun verdediging in vrijheid voor te bereiden en dat een aanspraak op inzage in correspondentie een inbreuk op dit recht zou kunnen vormen. Bovendien stelde het hof dat de appellant ook andere mogelijkheden had om bewijs te verkrijgen, zoals getuigenverklaringen.
Uiteindelijk wees het hof de vordering van de appellant af, met de overweging dat de belangen van het ziekenhuis zwaarder wogen en dat een behoorlijke rechtsbedeling ook zonder de gevraagde gegevens gewaarborgd kon worden. De beslissing over de proceskosten werd aangehouden tot de einduitspraak in de hoofdzaak. Het arrest werd uitgesproken in het openbaar en is een belangrijke uitspraak in het kader van de inzagerechten in aansprakelijkheidskwesties.