Uitspraak
[appellant],
ABN AMRO,
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
‘schade aan uw auto door diefstal, poging tot diefstal, verduistering of oplichting.’Bij diefstal of verduistering wordt een vergoeding toegekend van de vervangingswaarde + 10%.
Door opdrachtgever is de navolgende opdracht verstrekt:
De koelwatertemperatuur wijst er inderdaad op dat het voertuig enige tijd in gebruik is geweest waarbij de normale bedrijfstemperatuur van het voertuig is bereikt.
als informatief en mogelijkerwijze ook juist of bij benadering juist’mag worden beschouwd, maar het hof ziet onvoldoende aanleiding om aan te nemen dat de data in dit geval niet als voldoende informatief en bij benadering juist kunnen worden aangemerkt. Tussen partijen staat vast dat de informatie van de sleutels afkomstig is van de instellingen van de auto en dat de sleutels een update krijgen op het moment dat de auto een afstand van meer dan 10 km aflegt of de snelheid van 40 km per uur heeft bereikt (vergelijk rechtsoverweging 3.18 en 3.19). De datum en tijd worden aldus overgenomen van de datum en tijdinstelling in de auto. Kort na de diefstal heeft [appellant] in e-mail van 3 april 2020 aan [naam1] expliciet bevestigd dat de klok in de auto op de juiste datum en tijd stond ingesteld (zie rechtsoverweging 3.7). In het interview met [naam2] op 17 april 2020 heeft [appellant] dat nogmaals bevestigd (zie rechtsoverweging 3.10). Voor zover [appellant] nu wil betwisten dat de instelling in de auto synchroon of nagenoeg synchroon heeft gelopen met de werkelijke datum en tijdstip en dat hij daar eerder slechts ‘
van uitging’, heeft hij dat onvoldoende gemotiveerd gedaan en gaat het hof daaraan voorbij. Het hof betrekt bij dit oordeel dat [appellant] op een moment dat hij geacht mag worden nog goed op de hoogte te zijn geweest met de instellingen van de auto kort na de diefstal, op de eenvoudige vraag van [naam1] zonder voorbehoud heeft aangegeven dat sprake was van een juiste datum en tijd in de auto. Kort daarna heeft hij dat tegenover [naam2] nog eens bevestigd. Het hof acht het verder weinig aannemelijk dat [appellant] anderhalve maand in zijn auto rijdt, zonder dat hij dan wel de garage (of rechtsvoorganger) tot een eenvoudig te bewerkstelligen juiste instelling van datum en tijd is overgegaan en [appellant] dat niet zou hebben opgemerkt. Bovendien sluiten de gegevens van sleutel 2 wel aan op wat door [appellant] bij de aangifte ten overstaan van de politie is verklaard over zijn gebruik op 16 maart 2020. De tijdens de mondelinge behandeling bij het hof ingenomen stelling van [appellant] dat omdat de sleutelgegevens geen harde feiten zijn maar zijn gebaseerd op aannames, het heel wel mogelijk is dat [appellant] niet sleutel 2 heeft gebruikt maar sleutel 1 op 16 maart 2020 om ongeveer 17.30, is een nieuwe stelling en te laat in de procedure in hoger beroep betrokken. Het hof gaat aan die stelling dan ook voorbij als in strijd met een goede procesorde.
bijna geen ander scenario denkbaar’is dan dat [appellant] zelf sleutel 1 heeft gebruikt of bij het gebruik betrokken was. Omdat er geen plausibele verklaring voor de diefstal is, kan worden geconcludeerd, aldus ABN AMRO, dat er in ieder geval een vermoeden is van opzet tot fraude. ABN AMRO heeft bewijs aangeboden dat [appellant] zelf bij de diefstal is betrokken, dat hij wisselende en tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd en dat hij daarbij de opzet had ABN AMRO te misleiden.