Uitspraak
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep tevens memorie van grieven
- de memorie van antwoord
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft VDE Marine B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, dat op 21 februari 2024 is uitgesproken. VDE had een motormanagementsysteem geleverd en gemonteerd in het motorschip Mrs Jones, maar de betaling van de factuur is deels onbetaald gebleven. Abandon Properties B.V. is op 30 september 2023 ontbonden, waarna VDE [geïntimeerde] heeft gedagvaard in zijn hoedanigheid van bewaarder van de boeken en bescheiden van de ontbonden vennootschap. VDE vordert betaling van € 6.451,03 met rente en kosten. De kantonrechter heeft de vordering in incident toegewezen en VDE in de hoofdzaak niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij een niet-bestaande partij heeft gedagvaard. VDE stelt dat zij niet [geïntimeerde] in privé aanspreekt, maar de (geliquideerde) rechtspersoon Abandon. Het hof oordeelt echter dat VDE terecht niet-ontvankelijk is verklaard, omdat Abandon op het moment van dagvaarden niet meer bestond. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en veroordeelt VDE tot betaling van de proceskosten in hoger beroep.