5.De tenlastelegging
Aan verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg en voor zover in hoger beroep aan de orde - tenlastegelegd dat:
1. primair
hij op of omstreeks 31 juli 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 1] , door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) heeft gedwongen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, immers heeft/is hij, verdachte, altoen en aldaar:
- die [benadeelde 1] opgewacht en/of opeens/plots, in ieder geval onverwachts en/of onverhoeds, benaderd en/of
- ( vervolgens) de bagagedrager van de fiets van die [benadeelde 1] (met kracht) vastgepakt, althans een duw gegeven, waardoor die [benadeelde 1] ten val kwam, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 1] (met haar fiets) ten val kwam, en/of
- ( vervolgens) bovenop, althans op, die [benadeelde 1] gaan liggen en/of heeft hij, verdachte, die [benadeelde 1] (met kracht) meermalen, althans eenmaal, (opnieuw) tegen de grond geduwd en/of tegen de grond geduwd gehouden;
- ( vervolgens) met zijn, verdachtes, hand de mond en/of neus van die [benadeelde 1] (met kracht) dichtgehouden, althans heeft hij, verdachte, (met kracht) zijn hand voor de mond en/of neus van die [benadeelde 1] gehouden en/of
- die [benadeelde 1] in haar kruis gegrepen, in ieder geval heeft hij, verdachte, de vagina van die [benadeelde 1] (op de kleding) betast/aangeraakt en/of
- de borst(en) van die [benadeelde 1] (op de kleding) betast/aangeraakt;
1. subsidiair
hij op of omstreeks 31 juli 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 1] heeft mishandeld, door de bagagedrager van de fiets van die [benadeelde 1] (met kracht) vast te pakken, waardoor die [benadeelde 1] (met haar fiets) ten val kwam, althans te veroorzaken dat die [benadeelde 1] (met haar fiets) ten val kwam, en/of door (vervolgens) op die [benadeelde 1] te gaan liggen en/of door (vervolgens) die [benadeelde 1] (met kracht) tegen de grond te duwen en/of geduwd te houden en/of door met zijn, verdachtes, hand de mond en/of neus van die [benadeelde 1] (met kracht) dicht te houden, althans door (met kracht) zijn, verdachtes, hand voor de mond en/of neus van die [benadeelde 1] te houden, ten gevolge waarvan die [benadeelde 1] pijn en/of letsel heeft bekomen;
2. primair
hij op of omstreeks 1 augustus 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf om een persoon, genaamd [benadeelde 2] , door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) te dwingen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, altoen en aldaar:
- die [benadeelde 2] heeft opgewacht en/of opeens/plots, in ieder geval onverwachts en/of onverhoeds, is benaderd en/of
- ( vervolgens) die [benadeelde 2] (met kracht) van haar fiets heeft geduwd, althans (met kracht) tegen haar bovenlichaam heeft geduwd, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat die [benadeelde 2] (met haar fiets) ten val kwam, en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 2] tegen/naar de grond heeft geduwd en/of (met kracht) tegen de grond geduwd heeft gehouden;
- ( vervolgens) bovenop, althans op, die [benadeelde 2] is gaan liggen, althans boven haar / over haar heen gebukt, is gaan en blijven staan, en/of
- ( vervolgens) met zijn, verdachtes, hand de mond van die [benadeelde 2] (met kracht) heeft dichtgehouden, althans (met kracht) zijn hand voor de mond van die [benadeelde 2] heeft gehouden, in ieder geval heeft geprobeerd dit te doen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2. subsidiair
hij op of omstreeks 1 augustus 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 2] heeft mishandeld, door die [benadeelde 2] (met kracht) van haar fiets te duwen, althans te veroorzaken dat die [benadeelde 2] (met haar fiets) ten val kwam, en/of door (vervolgens) op die [benadeelde 2] te gaan liggen en/of door (vervolgens) die [benadeelde 2] (met kracht) tegen de grond te duwen en/of geduwd te houden en/of door met zijn, verdachtes, hand de mond van die [benadeelde 2] (met kracht) dicht te houden, althans door (met kracht) zijn, verdachtes, hand voor de mond van die [benadeelde 2] te houden, ten gevolge waarvan die [benadeelde 2] pijn en/of letsel heeft bekomen;
3.
hij op of omstreeks 1 augustus 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, ter voorbereiding van het/een of meer misdrij(f)(ven), te weten het plegen van aanranding (art. 246 Sr.) en/of verkrachting (art. 242 Sr.) en/of vrijheidsberoving (art. 282 Sr.), toen en aldaar opzettelijk een voorwerp, (kennelijk) bestemd tot het begaan van die/dat misdrij(f)(ven), te weten een rol ducttape, heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad;
4. primair
hij op of omstreeks 3 juli 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 3] , door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) heeft gedwongen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, immers heeft/is hij, verdachte, altoen en aldaar:
- die [benadeelde 3] (terwijl hij, verdachte, een masker, althans gelaatsbedekking, droeg) opgewacht en/of opeens/plots, in ieder geval onverwachts en/of onverhoeds, benaderd en/of is hij, verdachte, achter die [benadeelde 3] aangerend en/of
- ( vervolgens) die [benadeelde 3] (met kracht) vastgepakt en/of pootje gehaakt en/of geduwd, waardoor die [benadeelde 3] ten val kwam, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 3] ten val kwam, en/of
- ( vervolgens) die [benadeelde 3] (met kracht) (al dan niet met zijn, verdachtes, knie) tegen de grond geduwd en/of tegen de grond geduwd gehouden;
- ( vervolgens) met zijn, verdachtes, hand de mond van die [benadeelde 3] (met kracht) dichtgehouden, althans heeft hij, verdachte, (met kracht) zijn hand voor de mond van die [benadeelde 3] gehouden en/of
- die [benadeelde 3] in haar kruis gegrepen, in ieder geval heeft hij, verdachte, de vagina van die [benadeelde 3] (op de kleding) betast/aangeraakt en/of
- in de borst(en) van die [benadeelde 3] geknepen, in ieder geval heeft hij, verdachte, de borst(en) van die [benadeelde 3] (op de kleding) betast/aangeraakt;
4. subsidiair
hij op of omstreeks 3 juli 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 3] heeft mishandeld, door die [benadeelde 3] vast te pakken en/of pootje te haken en/of te duwen, waardoor die [benadeelde 3] ten val kwam, althans te veroorzaken dat die [benadeelde 3] ten val kwam, en/of door (vervolgens) die [benadeelde 3] (al dan niet met zijn, verdachtes, knie) (met kracht) tegen de grond te duwen en/of geduwd te houden en/of door met zijn, verdachtes, hand de mond van die [benadeelde 3] (met kracht) dicht te houden, althans door (met kracht) zijn, verdachtes, hand voor de mond van die [benadeelde 3] te houden, ten gevolge waarvan die [benadeelde 3] pijn en/of letsel heeft bekomen;
6. primair
hij op of omstreeks 21 september 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 4] , door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) heeft gedwongen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, immers heeft/is hij, verdachte, altoen en aldaar:
- die [benadeelde 4] opgewacht en/of opeens/plots, in ieder geval onverwachts en/of onverhoeds, benaderd en/of
- ( vervolgens) tegen die [benadeelde 4] aangesprongen en/of een stuk stof/sjaal/doek om die [benadeelde 4] gegooid / geworpen en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 4] tegen de grond geduwd, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 4] ten val kwam, en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 4] tegen/naar de grond geduwd en/of (met kracht) tegen de grond geduwd gehouden en/of
- ( vervolgens) boven / over die [benadeelde 4] gebukt gaan en blijven staan, en/of
- ( vervolgens) tegen die [benadeelde 4] gezegd “Kop dicht, mee komen”, althans woorden van gelijke (dreigende) aard en/of strekking en/of
- die [benadeelde 4] in haar kruis gegrepen, in ieder geval heeft hij, verdachte, de vagina van die [benadeelde 4] (op de kleding) betast/aangeraakt en/of
- de borst(en) van die [benadeelde 4] (op de kleding) betast/aangeraakt;
6. subsidiair
hij op of omstreeks 21 september 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 4] heeft mishandeld, door die [benadeelde 4] (met kracht) tegen de grond te duwen/werken, in ieder geval te veroorzaken dat die [benadeelde 4] ten val kwam, en/of door die [benadeelde 4] (met kracht) tegen de grond te duwen en/of geduwd te houden, ten gevolge waarvan die [benadeelde 4] pijn en/of letsel heeft bekomen;
7.
hij op of omstreeks 26 september 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf om een persoon, genaamd [benadeelde 5] , door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) te dwingen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, altoen en aldaar:
- die [benadeelde 5] heeft opgewacht en/of opeens/plots, in ieder geval onverwachts en/of onverhoeds, is benaderd en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 5] tegen de grond heeft geduwd / gewerkt, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 5] ten val kwam, en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 5] tegen/naar de grond heeft geduwd en/of (met kracht) tegen de grond geduwd heeft gehouden;
- ( vervolgens) met zijn, verdachtes, hand de mond van die [benadeelde 5] (met kracht) heeft dichtgehouden, althans (met kracht) zijn hand voor de mond van die [benadeelde 5] heeft gehouden, en/of
- ( vervolgens) die [benadeelde 5] aan haar arm, althans haar lichaam, heeft getrokken en/of die [benadeelde 5] in de richting van / naar de bossages heeft getrokken / gesleept / gebracht, althans heeft hij, verdachte, getracht die [benadeelde 5] naar de bossages te trekken / slepen / brengen en/of
- die [benadeelde 5] meermalen, althans eenmaal, tegen haar (boven)lichaam heeft geschopt en/of geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid, welk misdrijf zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft gehad voor die [benadeelde 5] , te weten (de gevolgen van) meerdere, althans een, gebroken rib(ben) en/of meerdere, althans een, ribfractu(u)r(en) (met dislocatie) en/of een hematopneumothorax, althans een klaplong, in ieder geval zwaar lichamelijk letsel;
8.
hij op of omstreeks 26 september 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf om een persoon, genaamd [benadeelde 5] , opzettelijk wederrechtelijk van de vrijheid te beroven en/of beroofd te houden al dan niet met het oogmerk die [benadeelde 5] te dwingen iets te doen of niet te doen, altoen en aldaar:
- die [benadeelde 5] heeft opgewacht en/of opeens/plots, in ieder geval onverwachts en/of onverhoeds, is benaderd en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 5] tegen de grond heeft geduwd / gewerkt, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 5] ten val kwam, en/of
- ( vervolgens) (met kracht) die [benadeelde 5] tegen/naar de grond heeft geduwd en/of (met kracht) tegen de grond geduwd heeft gehouden;
- ( vervolgens) met zijn, verdachtes, hand de mond van die [benadeelde 5] (met kracht) heeft dichtgehouden, althans (met kracht) zijn hand voor de mond van die [benadeelde 5] heeft gehouden, en/of
- ( vervolgens) die [benadeelde 5] aan haar arm, althans haar lichaam, heeft getrokken en/of die [benadeelde 5] in de richting van / naar de bossages heeft getrokken / gesleept / gebracht, althans heeft hij, verdachte, getracht die [benadeelde 5] naar de bossages te trekken / slepen / brengen, en/of
- die [benadeelde 5] meermalen, althans eenmaal, tegen haar (boven)lichaam heeft geschopt en/of geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
welk misdrijf zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft gehad voor die [benadeelde 5] , te weten (de gevolgen van) meerdere, althans een, gebroken rib(ben) en/of meerdere, althans een, ribfractu(u)r(en) (met dislocatie) en/of een hematopneumothorax, althans een klaplong, in ieder geval zwaar lichamelijk letsel;
9. primair
hij op of omstreeks 26 september 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon, genaamd [benadeelde 5] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten (de gevolgen van) meerdere, althans een, gebroken rib(ben) en/of meerdere, althans een, ribfractu(u)r(en) (met dislocatie) en/of een hematopneumothorax, althans een klaplong, heeft toegebracht door die [benadeelde 5] (met kracht) tegen de grond te duwen / werken, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 5] ten val kwam, en/of door (met kracht) die [benadeelde 5] tegen/naar de grond te duwen en/of door (met kracht) tegen de grond geduwd te houden en/of door die [benadeelde 5] aan haar arm, althans haar lichaam, te trekken / slepen en/of door die [benadeelde 5] meermalen, althans eenmaal, tegen haar (boven)lichaam te schoppen en/of te slaan;
9. subsidiair
hij op of omstreeks 26 september 2020 te [plaats] , in elk geval in Nederland, een persoon genaamd [benadeelde 5] heeft mishandeld, door die [benadeelde 5] (met kracht) tegen de grond te duwen / werken, in ieder geval heeft hij, verdachte, veroorzaakt dat [benadeelde 5] ten val kwam, en/of door (met kracht) die [benadeelde 5] tegen/naar de grond te duwen en/of door (met kracht) tegen de grond geduwd te houden en/of door die [benadeelde 5] aan haar arm, althans haar lichaam, te trekken / slepen en/of door die [benadeelde 5] meermalen, althans eenmaal, tegen haar (bovenlichaam te schoppen en/of te slaan, ten gevolge waarvan die [benadeelde 5] pijn en/of letsel heeft bekomen, terwijl dit feit zwaar lichamelijk letsel, te weten (de gevolgen van) meerdere, althans een, gebroken rib(ben) en/of meerdere, althans een, ribfractu(u)r(en) (met dislocatie) en/of een hematopneumothorax, althans een klaplong, in ieder geval zwaar lichamelijk letsel, ten gevolge heeft.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
6.
Overweging met betrekking tot het bewijs
6.1Standpunt van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft het standpunt ingenomen dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder 1 en 4 tenlastegelegde wegens onvoldoende bewijs. De advocaat-generaal heeft voorts het standpunt ingenomen dat het onder 2 primair, 3, 6 primair, 7, 8 en 9 primair tenlastegelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen.
6.2Standpunt van de verdediging
De advocaten hebben het standpunt ingenomen dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het tenlastegelegde. De verweren van de verdediging zullen indien relevant uitgebreider worden besproken onder ‘Oordeel van het hof’.
6.3Oordeel van het hof
6.3.1De zaak ‘ [benadeelde 5] ’ (feiten 7, 8 en 9)
Op zaterdag 26 september 2020 om 07:32 uur werd een telefonische melding gedaan bij de meldkamer. ‘ [benadeelde 5] ’ meldde dat zij is aangevallen door een man met een hoodie in het [park] in de [locatie] .In het informatief gesprek verklaart ‘ [benadeelde 5] ’ dat zij in het park walnoten aan het rapen was en dat zij op een gegeven moment op een halve meter afstand iemand achter een boom zag staan. Ze zei “hoi” maar de man zei niets terug. Vervolgens kwam de man achter de boom vandaan en belaagde haar. Ze is gaan gillen, slaan, schoppen en in het wilde weg gaan maaien. De man kreeg haar tegen de grond.Toen zij op de grond in een foetushouding lag, trapte de man als een malle in op haar ribbenkast.Hij probeerde zijn hand op haar mond te doen. Hij pakte haar bij beide polsen vast en sleepte haar mee richting de bramenstruik. Op een gegeven moment liet de man haar los. Hij liep naar zijn fiets en fietste weg. De man heeft de hele tijd niets gezegd. De man was iets kleiner dan 1.85 meter, blank, vadsig, droeg een grijze hoodie, donkere handschoenen, capuchon over zijn hoofd en mondbedekking.Bij de rechter-commissaris heeft ‘ [benadeelde 5] ’ verklaard dat zij in het gezicht van de dader heeft gegraaid en daarbij iets heeft stuk gemaakt en iets heeft geraakt.
‘ [benadeelde 5] ’ heeft door de aanval verwondingen opgelopen, namelijk meerdere ribfracturen, waarvan één met dislocatie, en een hematopneumothorax (klaplong met bloed). Zij heeft op 28 september 2020 een operatie ondergaan en heeft tien dagen in het ziekenhuis gelegen.
De politie heeft bemonsteringen van de nagels en vingers van ‘ [benadeelde 5] ’ veiliggesteld.De
nagelbemonsteringen van de rechterhand van ‘ [benadeelde 5] ’ zijn door het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI) onderworpen aan een DNA-onderzoek.Uit één van de bemonsteringen heeft het NFI een DNA-mengproflel van minimaal drie personen verkregen. Volgens het NFI zijn de bevindingen van het onderzoek meer dan één miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer ‘ [benadeelde 5] ’, verdachte en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer ‘ [benadeelde 5] ’ en twee willekeurige onbekende personen.
Uit twee andere bemonsteringen heeft het NFI een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen verkregen. Voor elk van deze bemonsteringen geldt dat, volgens het NFI, de bevindingen van het onderzoek meer dan één miljard keer waarschijnlijker zijn
wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer ‘ [benadeelde 5] ’ en verdachte, dan wanneer de
bemonstering DNA bevat van slachtoffer ‘ [benadeelde 5] ’ en een willekeurige onbekende persoon.
Tussenconclusie
Het hof concludeert dat onder de nagels DNA van verdachte is aangetroffen. Dit betreft een daderspoor nu het DNA is aangetroffen onder de nagels van ‘ [benadeelde 5] ’ en zij heeft verklaard dat zij de dader heeft gekrabd en daarbij iets heeft geraakt. Dat bij verdachte in die periode geen krassen in zijn gezicht zijn gezien, zoals aangevoerd door de verdediging, leidt niet tot de conclusie dat verdachte niet de dader is geweest. Het is immers ook mogelijk dat ‘ [benadeelde 5] ’ lichaamsmateriaal van de dader onder haar nagels heeft gekregen, zonder dat daarbij zichtbaar letsel is ontstaan bij de dader. Verdachte heeft telkens verklaard dat hij geen idee heeft hoe zijn DNA onder de nagels van ‘ [benadeelde 5] ’ is gekomen. Verdachte heeft aldus geen redelijke, verifieerbare, de redengevendheid ontzenuwende verklaring gegeven voor het aantreffen van zijn DNA. Dat het DNA van verdachte op een ander moment onder de nagels van ‘ [benadeelde 5] ’ is terechtgekomen, zoals door de verdediging is betoogd, bijvoorbeeld via de picknicktafel waaraan ‘ [benadeelde 5] ’ na de aanval heeft gezeten, acht het hof niet aannemelijk geworden.
Verdachte past qua uiterlijk in het signalement dat door ‘ [benadeelde 5] ’ van de dader is gegeven. Dat ‘ [benadeelde 5] ’ de dader als Kaukasisch of Hollands blank heeft omschreven, sluit verdachte geenszins uit als dader. In de woordelijk uitgewerkte tweede verklaring heeft ‘ [benadeelde 5] ’ immers verklaard dat ze met Kaukasisch het hele blanke ras bedoelt.
Gelet op het voorgaande staat naar het oordeel van het hof vast dat verdachte de dader is geweest. Het hof stelt vast dat de intentie van verdachte seksueel van aard was. Het hof zal op dit punt verderop in het arrest nog nader ingaan.
Het hof acht, gelet op de aard van het letsel, het noodzakelijke operatieve ingrijpen en de duur van het verblijf in het ziekenhuis, bewezen dat verdachte ‘ [benadeelde 5] ’ zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht.
Poging tot wederrechtelijke vrijheidsberoving (feit 8)
Het hof stelt voorop dat van een wederrechtelijke vrijheidsberoving ook sprake kan zijn indien iemand een dreigende situatie doet ontstaan waaraan het slachtoffer zich niet kan onttrekken. Met betrekking tot de vraag of een zeer korte beperking van de vrijheid als wederrechtelijk vrijheidsberoving kan worden aangemerkt, wordt in de jurisprudentie een lage drempel aangehouden. Voor wat betreft vrijheidsberoving doelt de wetgever op het iemand doen vertoeven, zonder dat de dader daartoe gerechtigd is, op een plaats waarvan of waaruit deze zich niet op ieder gewenst ogenblik kan verwijderen, ook al bestaat bij de dader niet het opzet de toestand van vrijheidsbeneming zich te doen uitstrekken over een tijd langer dan enige minuten.
Het hof is van oordeel dat uit de gebezigde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, volgt dat de handelingen van verdachte erop waren gericht ‘ [benadeelde 5] ’ wederrechtelijk van haar vrijheid beroofd te (gaan) houden en dat het voornemen daartoe zich door een begin van uitvoering heeft geopenbaard. Verdachte heeft ‘ [benadeelde 5] ’ immers bij beide polsen beetgepakt en meegesleept richting een bramenstruik, waar verdachte en ‘ [benadeelde 5] ’ minder zichtbaar zouden zijn. Dat er geen sprake is van een voltooide wederrechtelijke vrijheidsberoving, is te danken aan haar hevige verzet tegen het handelen van verdachte.
Het hof is op grond van het voorgaande van oordeel dat het handelen van verdachte zowel voor wat betreft de aard als de duur in de gegeven omstandigheden een poging tot wederrechtelijke vrijheidsberoving van ‘ [benadeelde 5] ’ oplevert.
6.3.2Zaak [benadeelde 2] (feiten 2 en 3)
Op 1 augustus 2020 rond vier uur ’s nachts fietste [benadeelde 2] door het [park] in de [locatie] . Toen ze op het [straat 1] fietste, werd ze opeens van rechts van haar fiets geduwd waardoor ze op de grond viel. Er kwam een man boven haar. Ze sloeg en schopte de man. De man wilde zijn hand voor haar mond doen. Ze heeft in zijn hand gebeten en is blijven slaan en schoppen. Ze weet niet zeker of het bijten in een blote hand was of in een handschoen. De man rende na een tijdje opeens weg. Ze heeft niet geregistreerd dat de man iets heeft gezegd. [benadeelde 2] heeft haar spullen gepakt die op de grond waren gevallen. Ze heeft ook een rol duct tape gepakt die vlakbij haar spullen op de grond lag. De rol duct tape was niet van haar. Ze heeft de rol duct tape in het krat voorop haar fiets gedaan.De man was rond de 1.80 meter lang, had brede schouders, droeg een joggingbroek en zwarte hoodie met capuchon over zijn hoofd.[benadeelde 2] heeft verklaard dat het tijdens het voorval regende. Ze had schaafwonden op haar ellebogen, knie en schouder, een blauw plek onder haar oog en op haar neusbrug en schaafwondje boven haar lip. Haar rug voelde beurs.
De politie heeft de rol duct tape in beslag genomen.Verbalisant [verbalisant] heeft verklaard dat zij de rol duct tape uit het fietskrat van aangeefster heeft gehaald en dat de rol duct tape op het oog droog was.
Het NFI heeft onderzoek gedaan naar sporen op de rol duct tape. Uit een spoor op de randen van de rol tape werd een DNA-mengprofiel verkregen van minimaal drie personen.Volgens het NFI zijn de bevindingen van het onderzoek meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van verdachte en twee willekeurige onbekende personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie willekeurige onbekende personen.
Uit een spoor op de plakzijde van de buitenste wikkel tape werd een DNA-mengprofiel verkregen. Een relatief grote hoeveelheid DNA (afgeleid DNA-hoofdprofiel) kan afkomstig zijn van onbekende man A. Volgens het NFI zijn de bevindingen van het onderzoek meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer de relatief grote hoeveelheid DNA afkomstig is van onbekende man A, dan wanneer de relatief grote hoeveelheid DNA afkomstig is van een willekeurige niet-verwante persoon.
Het NFI heeft op grond van vergelijkend DNA-onderzoek geconcludeerd dat verdachte en
‘onbekende man A’ dezelfde persoon kunnen zijn. Dit betekent dat de bewijskracht ten
aanzien van verdachte voor de betreffende bemonstering eveneens meer dan 1 miljard is.
Het NFI heeft ook (onder andere) twee vingersporen op de rol duct tape onderzocht en deze
vergeleken met de vingerafdrukken van verdachte. Er zijn meerdere overeenkomsten gevonden tussen het spoor AANR4652NL#D03 en de vingerafdruk van de rechtermiddelvinger van verdachte. Er zijn geen dactyloscopische verschillen te zien. Het NFI concludeert dat de bevindingen van het onderzoek extreem veel waarschijnlijker zijn wanneer het spoor AANR4652NL#D03 afkomstig is van verdachte, dan wanneer het spoor afkomstig is van een willekeurige andere persoon.
Er zijn meerdere overeenkomsten gevonden tussen het spoor AANR4652NL#D04 en de vingerafdruk van de linkerduim van verdachte. Er zijn geen dactyloscopische verschillen te zien. Het NFI concludeert dat de bevindingen van het onderzoek zeer veel waarschijnlijker zijn wanneer het spoor AANR4652NL#D04 afkomstig is van verdachte, dan wanneer het spoor afkomstig is van een willekeurige andere persoon.
Tussenconclusie
Het hof concludeert dat de rol duct tape door de dader is achtergelaten. Het hof komt tot deze conclusie omdat de rol duct tape bij de spullen van [benadeelde 2] op de grond lag. Het regende op dat moment en de rol duct tape oogde droog. Als de rol duct tape daar al langer had gelegen, is het aannemelijk dat in ieder geval de kartonnen binnenkant van de rol duct tape nat was geweest. De raadsman heeft in zijn pleidooi opgemerkt dat door de officier van justitie aan verbalisant [verbalisant] is gevraagd of de rol duct tape ‘op het oog droog was’. De raadsman heeft daarmee geïmpliceerd dat de vraagstelling van de officier van justitie sturend is geweest. Uit het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant] van 20 januari 2022 blijkt dit echter niet. In dat proces-verbaal staat vermeld dat de officier van justitie aan [verbalisant] heeft gevraagd of de rol duct tape vochtig of droog was ten tijde van de inbeslagname. Verbalisant [verbalisant] heeft in een aanvullend proces-verbaal van bevindingen van 13 maart 2023 uitgelegd hoe het kan dat zij zich anderhalf jaar na de inbeslagname van de rol duct tape nog kon herinneren dat deze droog was. Zij heeft verklaard dat zij nog niet eerder een zedenzaak met een grote impact had gehad en dat het incident indruk op haar heeft gemaakt waardoor het haar is bijgebleven. Het hof heeft, mede gelet op deze uitleg, geen enkele aanleiding om te twijfelen aan de waarneming van verbalisant [verbalisant] .
Op de rol duct tape zijn DNA en vingerafdrukken van verdachte aangetroffen. Verdachte heeft geen redelijke, verifieerbare, ontzenuwende verklaring gegeven voor het aantreffen van een rol duct tape met daarop zijn DNA en vingerafdrukken op de plaats delict.
Verdachte past voorts past qua uiterlijk in het signalement dat door [benadeelde 2] van de dader is gegeven.
Gelet op het voorgaande staat naar het oordeel van het hof vast dat verdachte de dader is geweest. Het hof stelt vast dat de intentie van verdachte seksueel van aard was. Het hof zal op dit punt verderop in het arrest nog nader ingaan.
Het hof zal verdachte vrijspreken van de onder 3 ten laste gelegde voorbereiding van een aanranding en/of verkrachting en/of vrijheidsberoving door het voorhanden hebben van een rol duct tape. De duct tape is niet gebruikt tijdens de poging tot aanranding van slachtoffer [benadeelde 2] . [benadeelde 2] beschrijft niets over handelingen van verdachte met de rol duct tape. Ten aanzien van de rol duct tape is enkel vast te stellen dat deze na de poging tot aanranding op de grond lag. Aldus is niet in voldoende mate vast te stellen met welke intentie de verdachte de rol duct tape voorhanden heeft gehad, zodat verdachte van dit feit dient te worden vrijgesproken.
6.3.3Zaak [benadeelde 4] (feit 6)
Op maandag 21 september 2020 liep [benadeelde 4] omstreeks 22:24 over de [straat 2] te [plaats] . Vlak voor de fietstunnel in de wijk [wijk 1] onder de [straat 3] richting de wijk [wijk 2] sprong iemand tegen haar aanen kreeg zij van achteren een stoffen doek of sjaal over zich heen. Ze werd met die sjaal of doek met [benadeelde 4] kracht achterover naar de grond getrokken. Aangeefster verzette zich en begon van zich af te slaan. Een man zei tegen haar “Kop dicht en mee komen”.Aangeefster vroeg hem wat hij wilde hebben en probeerde haar telefoon te pakken om aan de man te geven, maar daar reageerde hij niet op. Er volgde een worsteling op de grond. De man hield haar naar beneden gedrukt en hij stond over haar heen. Op enig moment greep de dader haar heel hard in haar kruis. Daarna liet hij haar los en rende weg.De dader had een vest met een rits en een capuchon, een donkere doek voor zijn gezicht, hij droeg handschoenen, een zwarte broek en hij had een breed postuur. Het vest was zwart/grijs, een beetje valig met cijfers/letters erop gestikt. De dader had meerdere lagen kleding aan of hij had een buikje.Volgens [benadeelde 4] was de dader tussen de 1.85 en 1.90 meter lang.De dader heeft haar rugzak aangeraakt.[benadeelde 4] had beurse en blauwe plekken op haar ellebogen, een schram op haar heup en last van haar venusheuvel bot.
Bij de rechter-commissaris heeft [benadeelde 4] verklaard dat zij de rugzak die zij op de avond van 21 september 2020 droeg niet vaak gebruikte en dat zij de jas die zij die avond aan had ongeveer één keer per week droeg.
De politie heeft de jas en rugzak die [benadeelde 4] droeg in beslag genomen.
Het NFI heeft meerdere bemonsteringen van de jas en de rugzak onderzocht.
Uit bemonsteringen van de rechtermanchet en mouw ter hoogte van de rechteronderarm van de jas is een DNA-mengprofiel van ten minste drie personen verkregen. Het DNA kan afkomstig zijn van slachtoffer [benadeelde 4] , getuige [getuige 1] en verdachte. Voor beide bemonsteringen geldt dat de bevindingen van het onderzoek meer dan één miljard keer waarschijnlijker zijn wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer [benadeelde 4] , verdachte en twee willekeurige onbekende personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van [benadeelde 4] en drie willekeurige onbekende personen.
Uit de bemonstering van de mouw ter hoogte van de linkerbovenarm van de jas is een DNA-mengprofiel van ten minste drie personen verkregen. Het DNA kan afkomstig zijn van slachtoffer [benadeelde 4] , getuige [getuige 1] en verdachte. Volgens het NFI zijn de bevindingen van het onderzoek ongeveer één miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer [benadeelde 4] , verdachte en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer [benadeelde 4] en twee willekeurige onbekende personen.
Uit de bemonstering van de mouw ter hoogte van de linkeronderarm van de jas is een DNA-mengprofiel van ten minste drie personen verkregen. Het DNA kan afkomstig zijn van slachtoffer [benadeelde 4] , getuige [getuige 1] en verdachte. Volgens het NFI zijn de bevindingen van het onderzoek meer dan één miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer [benadeelde 4] , verdachte en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van [benadeelde 4] en twee willekeurige onbekende personen.
Uit de bemonstering van de voorzijde/bovenzijde van de rugtas is een DNA-mengprofiel van ten minste vier personen verkregen. Het DNA kan afkomstig zijn van slachtoffer [benadeelde 4] , getuige [getuige 1] , verdachte en minimaal één onbekende persoon. Volgens het NFI zijn de bevindingen van het onderzoek meer dan één miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer [benadeelde 4] , verdachte en twee willekeurige onbekende personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van [benadeelde 4]
en drie willekeurige onbekende personen.
Tussenconclusie
Het hof komt tot de conclusie dat op de jas en de rugtas van slachtoffer [benadeelde 2] DNA van verdachte is aangetroffen. Verdachte heeft telkens verklaard dat hij niet weet hoe zijn DNA op de jas en rugtas van [benadeelde 4] is terechtgekomen. Verdachte heeft aldus geen redelijke, verifieerbare, de redengevendheid ontzenuwende verklaring gegeven voor het aantreffen van zijn DNA op de jas en rugtas van [benadeelde 2] . Dat zijn DNA op een ander moment op de betreffende jas en rugtas is terechtgekomen, acht het hof niet aannemelijk geworden.
De verdediging heeft aangevoerd dat het signalement dat [benadeelde 4] van de dader heeft gegeven, niet past bij verdachte. Het hof volgt dit verweer niet. [benadeelde 4] heeft de lengte van de dader geschat op 1.85 tot 1.90 meter. Dit komt overeen met verdachte’s eigen inschatting van zijn lengte, namelijk 1.85 meter.Ook voor het overige sluit het door [benadeelde 4] gegeven signalement verdachte niet uit als dader. De verdediging heeft verder aangevoerd dat verdachte circa twintig minuten later op camerabeelden van het BP tankstation is te zien in geheel andere kleding dan de dader. Voor zover de verdediging daarmee heeft willen aanvoeren dat verdachte de dader niet geweest kan zijn, volgt het hof dit verweer niet. Gelet op de afstand tussen de plaats delict en het BP tankstation en het gegeven dat verdachte zich op de fiets heeft begeven naar het tankstation, is het zeer goed mogelijk dat hij zich eerst heeft ontdaan van kledingstukken dan wel heeft omgekleed voordat hij naar het tankstation is gefietst. De verdediging heeft daartegen aangevoerd dat ondanks intensieve zoektochten rond de plaats delict geen kleding is gevonden. Het hof verwerpt ook dit verweer. Dat de politie die kleding niet heeft gevonden, wil niet zeggen dat verdachte zich dus niet kan hebben ontdaan van kleding.
Gelet op het voorgaande staat naar het oordeel van het hof vast dat verdachte de dader is geweest. Het hof stelt vast dat de intentie van verdachte seksueel van aard was. Het hof zal op dit punt verderop in het arrest nog nader ingaan.
6.3.4DNA-mengprofielen
Door de verdediging is aangevoerd dat aan het aantreffen van het DNA van verdachte niet te veel bewijswaarde moet worden gegeven nu sprake is van DNA-mengprofielen. Volgens de verdediging is het ook mogelijk dat in die mengprofielen DNA-sporen zitten van de werkelijke dader zonder dat dat uit het DNA-onderzoek naar voren is gekomen.
Het hof overweegt hieromtrent als volgt.
Er is in de zaken van drie slachtoffers, die op verschillende plekken en op verschillende tijdstippen slachtoffer zijn geworden van een zedendelict, DNA van verdachte aangetroffen waarbij telkens sprake is van een zeer hoge bewijskracht. Bovendien is in de zaak van [benadeelde 2] niet alleen DNA van verdachte aangetroffen maar ook vingerafdrukken van hem op de door de dader achtergelaten rol duct tape, eveneens met een hoge bewijskracht. Het hof heeft onder deze omstandigheden geen reden om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de onderzoeksresultaten van het NFI, zodat het verweer wordt verworpen.
6.3.5Zaken [benadeelde 1] en [benadeelde 3]
Op 21 augustus 2020 heeft [benadeelde 1] aangifte gedaan van een poging verkrachting op 31 juli 2020 rond 3:45 uur.Zij fietste op voornoemd tijdstip via het [park] in [plaats] naar haar woning. Toen zij halverwege op het [straat 1] langs het spoor fietste, pakte iemand haar fiets vast bij de bagagedrager. Ze viel om en er kwam gelijk een man boven op haar. Hij greep gelijk naar haar kruis.De man deed zijn hand voor haar mond. Hij heeft niets gezegd. [benadeelde 1] is op hem in gaan trappen en gaan gillen. De man duwde haar weer op de grond. Er volgde een worsteling. Op een gegeven moment rende hij weg. De man droeg een zwarte/donkere hoodie met capuchon, een zwarte joggingsbroek, een doek of sjaal voor zijn mond en handschoenen. Qua postuur was de man best groot en breed, een kop groter dan zijzelf. [benadeelde 1] is 1.70 meter. Hij was of gespierd of dikkig.Ze heeft de man niet zien aankomen, dus hij kwam van achteren.Ze heeft blauwe plekken op haar benen aan de aanval overgehouden en last van haar rug, stuitje en neus.
[benadeelde 3] heeft op 3 juli 2020 aangifte gedaan van aanranding. [benadeelde 3] liet die ochtend rond 07:15 uur haar honden uit aan het [straat 4] te [plaats] , nabij de voetbalvelden. Op een gegeven moment merkte ze dat er een gemaskerde man achter haar liep. [benadeelde 3] begon te rennen, maar de man haalde haar in. Ze belandde op de grond. Ze lag in het gras op haar rug. De man knielde aan haar rechterzijde. Ze begon te gillen. De man betastte vervolgens haar kruis. Hij pakte haar beide borsten vast. De man drukte vervolgens haar mond dicht en hij kneep heel hard in haar linker borst. Hij kneep de hele tijd in haar borst. Ze heeft de man niet horen spreken. Plotseling stond de man op en rende weg. De man had een breed postuur en een hangbuikje. Hij droeg een huidkleurig, oude mannen masker. De man droeg een zwarte sweater met capuchon over zijn hoofd en een zwarte broek. Hij was groter dan 1.72 meter en hij voelde een beetje als een gezet persoon.[benadeelde 3] is niet zeker of de dader handschoenen aan had of niet.[benadeelde 3] had na de aanval nog lang pijn aan haar borst.
Getuige [getuige 2] , een ex-vriendin van verdachte, heeft verklaard dat zij in de zomerperiode van 2020 in de woning van verdachte een huidkleurig masker op tafel heeft zien liggen. Toen zij aan verdachte vroeg wat dat was, zei verdachte dat hij daar [naam 3] mee had laten schrikken.
In de zaak van [benadeelde 1] is geen forensisch onderzoek verricht. In de zaak van [benadeelde 3] heeft wel forensisch onderzoek plaatsgevonden. Op het vest van [benadeelde 3] is ter hoogte van de linkerborst DNA aangetroffen van minimaal drie donoren, van wie zeker één man. The Maastricht Forensic Institute (hierna: TMFI) heeft onderzoek gedaan naar dit DNA-spoor maar er werd geen match gevonden met verdachte. Uit eerder onderzoek van TMFI blijkt dat de man van [benadeelde 3] de donor zou kunnen zijn van een geringe hoeveelheid celmateriaal in de bemonstering. Bij de aanname dat dat het geval is, zijn de resterende DNA-kenmerken niet geschikt voor vergelijkend DNA-onderzoek. Anders dan de raadsman in zijn pleidooi lijkt te stellen, overweegt het hof dat uit dit DNA-spoor geen conclusies kunnen worden getrokken en dat deze onderzoeksresultaten noch belastend noch ontlastend zijn voor verdachte.
Schakelbewijs
Volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad is het toegestaan om bewijsmiddelen die ten grondslag zijn gelegd aan de bewezenverklaring van een strafbaar feit, mede te gebruiken als bewijs voor andere – soortgelijke – strafbare feiten, mits uit die bewijsmiddelen blijkt van een specifiek gedragspatroon van de verdachte dat op essentiële punten overeenkomsten vertoont met de gang van zaken bij het te bewijzen feit.
Zoals hiervoor is overwogen acht het hof bewezen dat verdachte de dader is in de zaken van ‘ [benadeelde 5] ’, [benadeelde 4] en [benadeelde 2] . Verdachte heeft zich dus in de zomer/nazomer van 2020 schuldig gemaakt aan het plegen van zedendelicten in de wijk [wijk 1] in [plaats] . Het hof stelt vervolgens vast dat de drie zelfstandig bewezen feiten een consistent patroon in het handelen van verdachte tonen, dat het ook in het geval van [benadeelde 1] en [benadeelde 3] telkens om zedendelicten gaat en dat deze beide feiten wat betreft de manier van handelen op essentiële punten een grote mate van overeenkomst met de andere drie (poging tot) aanrandingen en met elkaar vertonen.
Het hof stelt in dat verband vast dat alle feiten in dezelfde periode (zomer/nazomer van 2020) en in dezelfde omgeving hebben plaatsgevonden, te weten in de wijk [wijk 1] te [plaats] . Om precies te zijn gaat het om twee verschillende plekken binnen die wijk, namelijk, in het geval van [benadeelde 2] , [benadeelde 1] en ‘ [benadeelde 5] ’, (nabij) het [park] en, in het geval van [benadeelde 4] en [benadeelde 3] , nabij de voetbalvelden van [voetbalclub] aan het [straat 4] en de fietstunnel tussen [wijk 1] en [wijk 2] (de [straat 2] ). Dit betreffen beide gebieden waar verdachte iets mee heeft. Zijn ouderlijk huis ligt tegen de rand van het [park]en verdachte heeft gevoetbald bij [voetbalclub].
Verder stelt het hof vast dat in alle gevallen de feiten plaatsvonden op momenten waarop het rustig was op straat, dat de vrouwelijke slachtoffers telkens alleen liepen of fietsten, dat bij alle slachtoffers sprake was van graaien/betasten/worstelen, dat alle slachtoffers ten val werden gebracht door de dader, dat de dader telkens te voet was toen hij de slachtoffers benaderde, dat hij telkens uit het niets tevoorschijn kwam (vanachter het slachtoffer dan wel vanachter een boom), dat in alle gevallen de dader de hand op de mond van het slachtoffer deed of probeerde te doen (vermoedelijk om te beletten dat ze geluid maakten), dat in alle gevallen de dader weinig tot niets zei en dat in alle gevallen de dader plotseling vertrok (kennelijk zonder een duidelijke aanleiding).
Het hof acht dit specifieke gedragspatroon (modus operandi) redengevend voor het bewijs.
Het hof acht voor het bewijs voorts redengevend dat de door de slachtoffers opgegeven signalement van de dader een aantal belangrijke overeenkomsten vertoont. Alle slachtoffers spreken over een man met een breed postuur of brede schouders. Daarnaast droeg de dader in alle gevallen een donkere hoodie/vest met capuchon over het hoofd, mond-/gezichtsbedekking en in zeker drie gevallen handschoenen (in de andere twee gevallen zijn de slachtoffers niet zeker of de dader handschoenen droeg). Hoewel er ook enkele (kleine) verschillen zijn in de signalementen, is in geen van de zaken een zodanig signalement gegeven dat daaruit de conclusie moet volgen dat sprake is van een andere dader. Met name als het gaat om de lengte zijn er wat verschillen, maar dit is te verklaren door het feit dat lengte met het blote oog lastig is in te schatten, al helemaal in de omstandigheden waarin de slachtoffers zich bevonden. Voorts valt verdachte qua lengte wel binnen de range die door de slachtoffers is gegeven (tussen 1.75-1.90 meter).
Het hof overweegt in dit verband dat de onderdelen van het signalement dat door de slachtoffers is opgegeven ieder op zichzelf genomen wellicht weinig typerend zijn, maar dat de combinatie van alle kenmerken, in samenhang bezien, een overtuigend geheel vormen in de zin dat het steeds om dezelfde persoon gaat.
Gelet op het voorgaande, in onderling verband en samenhang bezien, is het hof van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte, naast de zaken ‘ [benadeelde 5] , [benadeelde 4] en [benadeelde 2] , ook de dader is in de zaken van [benadeelde 1] en [benadeelde 3] .
Het hof verwerpt derhalve het door de raadsman gevoerde verweer met betrekking tot het gebruik maken van schakelbewijs.
6.3.6Seksuele intentie
In de zaken van [benadeelde 3] , [benadeelde 4] en [benadeelde 1] was duidelijk sprake van een seksuele intentie, nu verdachte in die zaken de slachtoffers in het kruis heeft gegrepen en, in het geval van [benadeelde 3] , tevens in de borsten heeft geknepen.
Het hof acht dit ook redengevend voor het bewijs in de zaken van [benadeelde 2] en ‘ [benadeelde 5] ’ dat sprake was van seksuele intentie bij verdachte. In geen enkele zaak is gebleken van een ander motief bij verdachte. Voor zover aangeefsters goederen van enige waarde bij zich hadden, blijkt uit hun verklaringen nergens dat verdachte heeft getracht iets van hen af te pakken. Tot slot kan ook uit de uiterlijke verschijningsvorm van het handelen van verdachte worden afgeleid dat zijn intentie seksueel van aard was. Ook in de gevallen van [benadeelde 2] en ‘ [benadeelde 5] ’ gaat het om vrouwen die alleen in het park waren, onverhoeds benaderd werden, waarbij het voor verdachte van belang was dat hij de vrouwen fysiek overmeesterde (hij bracht ze ten val en kwam met zijn lichaam boven het slachtoffer) en dat de vrouwen stil waren (door (te proberen) een hand op de mond te doen).
6.3.7Conclusie
Gelet op het voorgaande acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan aanranding van [benadeelde 1] , poging tot aanranding van [benadeelde 2] , aanranding van [benadeelde 3] , aanranding van [benadeelde 4] , poging tot aanranding met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg van ‘ [benadeelde 5] ’, poging tot wederrechtelijke vrijheidsberoving met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg van ‘ [benadeelde 5] ’ en zware mishandeling van ‘ [benadeelde 5] ’.