Uitspraak
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- memorie van grieven,
- memorie van antwoord
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Tripticom Intelligence B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter, waarin haar vorderingen tot schadevergoeding en contractuele boete werden afgewezen. De arbeidsovereenkomst tussen Tripticom en de geïntimeerde, die van 1 oktober 2014 tot 31 mei 2015 liep, eindigde van rechtswege. Tripticom had bedrijfsmiddelen aan de geïntimeerde ter beschikking gesteld, die niet zijn geretourneerd na beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Tripticom vorderde een schadevergoeding van € 4.233,54, inclusief een contractuele boete van € 2.500,00 voor het niet retourneren van de bedrijfsmiddelen. De kantonrechter oordeelde dat de vorderingen waren verjaard, maar het hof kwam tot de conclusie dat de verjaringstermijn tijdig was gestuit door een aanmaning van Tripticom. Het hof oordeelde dat de geïntimeerde aansprakelijk was voor de schade, omdat hij niet als een goed huisvader met de bedrijfsmiddelen was omgegaan. De vordering tot schadevergoeding werd toegewezen, maar de vordering tot contractuele boete werd afgewezen, omdat het niet is toegestaan om zowel een boete als schadevergoeding voor hetzelfde feit te vorderen. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde de geïntimeerde tot betaling van € 1.733,54 aan Tripticom, vermeerderd met wettelijke rente.