Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
de raad voor de kinderbescherming(de raad),
regio Noord Nederland, locatie Leeuwarden.
1.1. Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de heer [naam1] , namens de ambtenaar
.
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
- (primair) dat het geslacht ‘X’ zal zijn;
- (subsidiair) dat daar waar staat ‘F (vrouwelijk/froulik)’ gelezen dient te worden ‘het geslacht nog niet vastgesteld’;
- (meer subsidiair) dat daar waar staat ‘F (vrouwelijk/froulik)’ gelezen dient te worden ‘het geslacht is niet kunnen worden vastgesteld’;
- (nog meer subsidiair) dat het hof een beslissing neemt die het hof juist acht.
5.De motivering van de beslissing
afdeling 13 van titel 4 van boek 1 BW: Wijziging van de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte) en het wetsvoorstel tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het veranderen van de voorwaarden voor wijziging van de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte (
Kamerstukken35825), maken wijziging van de geslachtsaanduiding in de geboorteakte mogelijk van vrouwelijk naar mannelijk en van mannelijk naar vrouwelijk. Daarbij is de persoonlijke beleving van de genderidentiteit leidend, op grond van een overtuiging die als van blijvende aard kan worden beschouwd. Er is evenwel niet voorzien in de wettelijke mogelijkheid tot wijziging naar een genderneutrale geslachtsaanduiding in een geboorteakte.
Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst, Coalitieakkoord 2021-2025, p. 26.)
Huidige wetgeving en jurisprudentie’ staat vermeld, lijkt de politieke wil tot het in de wet opnemen van de mogelijkheid van een geslachtsneutrale registratie in de geboorteakte wel aanwezig, maar is het er tot op heden niet van gekomen vanwege medische en juridische implicaties van een dergelijke regeling, de wenselijkheid de ontwikkelingen in de rechtspraak af te wachten en - laatstelijk - de complexiteit van een dergelijke regeling in verband met annexe vraagstukken. Dat betekent dat het nog steeds onduidelijk is hoe het wetgevingsproces (verder) zal verlopen en hoe lang het zal duren voordat er een wet op dit gebied in werking treedt.