In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen Autoschade Zutphen B.V. (ASZ) en twee verweerders, die in eerste aanleg als verzoeker en verweerster optraden. De kern van het geschil betreft de vraag of ASZ aanspraak kan maken op loon over de opzegtermijn na een ontslag op staande voet. De kantonrechter had eerder de verzoeken van ASZ afgewezen, maar het hof heeft geoordeeld dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig was en dat er sprake was van ernstig verwijtbaar handelen door de verweerders.
Het hof heeft vastgesteld dat de kantonrechter in de eerdere beschikking niet voldoende rekening heeft gehouden met de feiten die ASZ heeft aangevoerd. ASZ had in hoger beroep verzocht om vernietiging van de eerdere beschikking en om toewijzing van haar verzoeken, inclusief een schadevergoeding. Het hof heeft de bestreden beschikking van de kantonrechter vernietigd en de verweerders veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 17.903,19 aan ASZ, alsook de proceskosten in zowel eerste aanleg als hoger beroep. De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de verweerders onmiddellijk aan de veroordeling moeten voldoen, ongeacht eventuele verdere rechtsmiddelen die zij zouden kunnen aanwenden.