Uitspraak
bij de rechtbank: eiser,
[appellant],
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een vordering van een eigenaar van een agrarisch bedrijf tegen een constructeur wegens vermeende fouten in de statische berekeningen van een opslagloods. De eigenaar, hierna [appellant], heeft in 2009 een opdracht gegeven voor de bouw van de loods en in 2010 de constructeur, hierna [geïntimeerde], ingeschakeld voor de benodigde berekeningen. Na oplevering van de loods in 2010 zijn er problemen ontstaan, waaronder verzakkingen en scheuren. De [appellant] heeft in 2017 een procedure aangespannen tegen de constructeur, maar [geïntimeerde] beroept zich op verjaring van de vordering. De rechtbank heeft het beroep op verjaring gehonoreerd en de vordering afgewezen. Het hof bevestigt deze beslissing en oordeelt dat de verjaringstermijn is gaan lopen in 2012, toen [appellant] bekend was met de schade en de aansprakelijke persoon. Het hof concludeert dat de vordering van [appellant] is verjaard, waardoor de andere verweren van [geïntimeerde] niet meer aan de orde komen. De kosten van de procedure worden toegewezen aan [geïntimeerde].