Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
kantoorhoudende te [B] ,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
“Teneinde over liquide middelen te kunnen beschikken is de Gimbal camera verkocht. Met de vrijgekomen middelen zijn de salarissen betaald en (…) is een reservering gemaakt voor de salarissen van oktober. Daarna zijn de financiële middelen uitgeput. Een onmacht is aangevraagd aan de belastingdienst voor het betalen van de loonheffing, waarop nog geen reactie is ontvangen. De crediteuren sturen alle aanmaningen, maar houden zich nog rustig.”Verder staat onder punt 2 -zakelijk weergegeven- dat in de vergadering na overleg en vier schorsingen de aandeelhouders met [C] overeenstemming hebben bereikt over de uittreding van de aandeelhouder RBH Holding (van [C] ) en de voorwaarden waaronder dit zal plaatsvinden. Vervolgens vermelden de notulen onder agendapunt “3. Toestemming aan de directie om faillissement van de vennootschap aan te vragen”:
“De veronderstelling voor de verdere continuïteit is, dat er in deze periode tenminste een helikopter kan worden verkocht. Vanuit de aanbetaling kunnen dan de materialen voor productie worden aangeschaft. Te denken is aan een verkoopprijs voor Geocopter van € 300.000 en een inkoopprijs van newco van € 200.000.”
“ De achterstallige crediteurenverplichtingen lijken meer te worden echter dit komt door de kosten van demo’s (…) en kosten voor vergoeding [E] en mij. In concreto betekend het [E] niet de helft van zijn IM-vergoeding betaald heeft gekregen en dat ik vanaf 1 augustus 2011 niet meer betaald ben. Deze situatie kan niet meer doorlopen al was het maar dat ik wel de BTW afdraag en mijn kosten heb waar ik geen dekking meer voor heb. Het is nu dermate dringend geworden dat dit wel degelijk meegenomen moet worden in de continuïteitbeschouwingen voor Geocopter. Het personeel en andere kleine kosten zijn wel betaald. De mogelijke en voorgestelde oplossing is op langere termijn bespreekbaar, echter ik wil nu voorstellen de activa te verpanden aan de RABO bank en de inbreng a € 150.000 te storten op een geblokkeerde rekening. (…) Hierdoor creëren wij tijd om gedegen na te denken over vervolgstappen zonder dat deze inbreng aan de crediteuren kan vervallen.”
3.Het geschil en de beslissingen tot en met het arrest van de Hoge Raad
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep na verwijzing
5.Slotsom
€ 4.000 (2 punten x € 2.000)
€ 6.000 (3 punten x € 2.000)
€ 12.192 (3 punten x € 4.064,-)
6.De beslissing
vernietigde deelvan het bestreden vonnis (inclusief de eventueel betaalde proceskosten) aan de curator heeft voldaan, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van betaling tot de dag van terugbetaling;