Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
Staat der Nederlanden(de Minister van Justitie en Veiligheid; hierna: de Minister)
1.Ontstaan en loop van het geding
Vaststaande feiten
“I have around 20000 domains. Can upload an excell sheet with pricing? Most have privacy and are being parked with resellers. (…)”
“Please set minimum price for all my names to $250”
“Please update all BIN prices under $700 to $700.”met als reactie:
“I have forwarded your request over to our Domains Team as they are in a better position to help you with this. (…)”,gevolgd door:
“Hey [E] – Can you export this user’s portfolio? (…) They want to do a mass update, any BIN pricing less than $700 they would like to increase to $700. I am paging through their portfolio, I stopped when I got to page 98… Too many to copy and paste :)”
“Sold at $650 [nieuwe regel] Domain is now worth 3K+”Als onderdeel van een ondertekening van een reactie aan [B] staat het volgende vermeld:
“ [F] .com[4] – The leading marketplace for buying and selling websites, domains and apps”
“Hey [X] , (…) I just scrapped your account’s domain portfolio and will attach the CSV file to this message. It looks like there were about 25k domains either open or creating in your account (…)”met als reactie
“Looks like many names are listed twice or more times.”welke reactie is ondertekend met [X] [B]
Aangeleverd op 09-03-2015 – Meest recente aanlevering”. Verder behoren tot de gedingstukken in het verweerschrift in eerste aanleg als “Print RBG” aangeduide afdrukken van afschriften van een zakelijke [a-bank] -rekening op naam van [G] met nummer [00000] uit de periode 2010 tot en met 2014. Volgens de afschriften is in de betreffende jaren ruim 40 maal geld bijgeschreven op deze rekening vanaf een PayPal-account met als laagste bijschrijving een bedrag van € 875 en als hoogste € 1.490. Tevens blijkt uit een afschrift van 3 december 2010 dat op 15 november 2010 een bedrag ad € 2.250 is overgemaakt van deze rekening naar de hierna onder 2.13 genoemde betaalrekening van belanghebbende. Volgens het afschrift van 22 januari 2014 is de rekening per 20 januari 2014 opgeheven.
Zoals ik u heb medegedeeld, ben ik bezig met de beoordeling van de door of namens u ingediende aangifte(n):
Op de overzichten komen betalingen aan en ontvangsten voor van onder andere [I] .com. [I] .com is een organisatie die zich bezighoudt met de handel in domeinnamen. Hetzelfde geldt voor [J] .com, [K] , [L] , [M] , [N] , [O] , [P] , [Q] .com, [R] .com, [S] .com, [T] .com, [U] , [V] Inc, [W] Gmbh, [Y] en [AA] die eveneens op de overzichten voorkomen.
Van een aantal betalingen is mij niet duidelijk waar deze betrekking op hebben. Het betreft hier de betalingen aan en ontvangsten van (1) [BB] , (2) [CC] , (3) [DD] , (4) [EE] , (5) [FF] , (6) [GG] , (7) [HH] , (8) [II] en (9) [JJ] .
Graag ontvang ik een aparte toelichting per bedrag.
Uit de overgelegde documenten blijkt dat u diverse betalingen heeft ontvangen van [B] S.A. Graag ontvang ik van u een toelichting waarom u deze bedragen hebt ontvangen. Tevens verzoek ik u om alle relevante stukken die betrekking hebben op en een onderbouwing vormen voor deze betalingen te overleggen. Ik verzoek u mij de volgende informatie te overleggen:
alle e-mail en overige correspondentie tussen u en [B] S.A.;
alle e-mail en overige correspondentie met betrekking tot [B] S.A.;
alle verzonden en ontvangen facturen in relatie tot [B] S.A.;
alle contracten, overeenkomsten, afspraken (ook mondelinge) etc. tussen u en (vertegenwoordigers van) [B] S.A. en de aan [B] S.A. verbonden entiteiten;
alle documentatie op basis waarvan ik de grondslag van de betalingen van [B] S.A. aan u kan vaststellen.
Verder vraag ik u aan te geven:
of en zo ja, bij welke buitenlandse entiteiten u sinds 1 januari 2004 een formele functie heeft bekleed zoals bestuurder, aandeelhouder, gemachtigde, vereffenaar etc.;
of en zo ja, welke gelden u uit het buitenland en/of u van een buitenlandse onderneming heeft ontvangen sinds 1 januari 2004;
of en zo ja, bij welke afgezonderde particuliere vermogen(s) u tussen 1 januari 2004 en heden -in welke vorm dan ook- betrokken bent (geweest);
of u in 2004 of latere jaren een bankrekening heeft aangehouden in het buitenland. Zo ja, dan verzoek ik u mij de bankafschriften te overleggen;
overzichten van bankmutaties tussen 1 januari 2011 tot en met 31 december 2015 van alle rekeningen, inclusief die van [KK] , waarover u kunt of kon beschikken (dus inclusief eventuele rekeningen die niet op uw naam staan), waaronder:
- overzichten van mutaties op debit- en creditcards waarover u kon beschikken tussen 1 januari 2011 tot en met 31 december 2015;
- overzichten van mutaties van alternatieve betaalmiddelen waarover u kon beschikken, zoals PayPal-accounts , bitcoin-wallets etc, ook indien deze niet op uw naam stonden. Ik verzoek u de transacties van uw PayPal-account(s) over de periode 1 januari 2011 tot en met 20 oktober 2013 eveneens te overleggen;
- overzichten van mutaties van transacties via Payment Service Providers die tussen 1 januari 2011 en 31 december 2015 voor u (als gerechtigde of als tussenpersoon) transacties hebben afgehandeld;
- alle (e-mail)correspondentie;
- alle verzonden en ontvangen facturen;
- alle contracten, overeenkomsten etc.;
- de financiële administratie (bankafschriften, debiteuren, crediteuren, bezittingen);
Naar aanleiding van uw verzoek om informatie met datum 31 oktober 2016 (…) heeft de heer [X] zich kortgeleden tot ons gewend. Wij zijn nog niet in de gelegenheid geweest om antwoorden op uw omvangrijke en gedetailleerde verzoek om informatie te formuleren. Hierom verzoeken wij u vriendelijk tot het verlenen van uitstel voor de periode van twee weken, namelijk tot en met 24 november 2016.”
Naar aanleiding van uw e-mailbericht en de brief van 10 november 2016 ben ik bereid om uitstel te verlenen tot en met 24 november 2016, onder de strikte voorwaarde dat alle informatie mij op 24 november 2016 ter beschikking staat.”
In navolging op mijn brief van 10 november jl. bericht ik dat de heer [X] heeft besloten dat hij zijn adviseur wil laten fungeren als direct aanspreekpunt richting u c.q. de Belastingdienst. Wij zullen zijn adviseur, de heer [H] , op de hoogte brengen van de stand van zaken, derhalve wij u verzoeken nog enig respijt te verlenen, te weten tot eind volgende week, voor de beantwoording van uw brief.”
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raadwww.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).