Uitspraak
Deloitte,
1.Harlingen Holding Industries B.V.,
HHI,
2. [geïntimeerde2] ,
3. [geïntimeerde3] ,
HHI c.s.,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze vrijwaringszaak heeft Deloitte Accountants B.V. (hierna: Deloitte) HHI c.s. aangesproken in verband met onrechtmatige daad, nadat zij door de curator in het faillissement van een van de dochtervennootschappen was aangesproken. De zaak betreft de aansprakelijkheid van HHI c.s. en Deloitte in het kader van de sanering van de Industriehaven, waar dochtervennootschappen van HHI c.s. actief waren. De curator had HHI c.s. en Deloitte aangesproken voor schadevergoeding, maar de rechtbank heeft de vorderingen van de curator tegen Deloitte afgewezen. Deloitte heeft vervolgens HHI c.s. in vrijwaring opgeroepen, maar ook deze vorderingen zijn door het hof afgewezen. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland bekrachtigd en Deloitte veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 24 maart 2020, na een comparitie van partijen op 10 februari 2020, waarbij ook andere zaken zijn behandeld. Het hof heeft vastgesteld dat Deloitte als accountant betrokken was bij de jaarrekeningen van de dochtervennootschappen en dat de aansprakelijkstelling door de Staat der Nederlanden in 1992 heeft geleid tot juridische complicaties voor de betrokken vennootschappen. De beslissing van het hof houdt in dat Deloitte de kosten van het hoger beroep moet vergoeden aan HHI c.s.