4.10.Ten aanzien van de kostenvergoeding voor de bezwaarfase heeft de Rechtbank als volgt overwogen:
“Onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 23 september 2011 (zaaknr.
eigen waardering dient te beoordelen in welke gewichtscategorie een zaak valt. De rechtbank
is daarbij niet gebonden aan de waardering van het gewicht van de zaak door verweerder.
Uit de uitspraak op bezwaar en het verweerschrift volgt dat aan eiser een
proceskostenvergoeding van € 1.244,20 is toegekend. Dit bedrag is als volgt opgebouwd:
– 1 punt voor het bezwaarschrift, waarde per punt € 246,-, wegingsfactor 1,5
– 1 punt voor de hoorzitting, waarde per punt € 246,-, wegingsfactor 1
– € 629,20 voor het taxatierapport (8 uur x € 65,-, vermeerderd met BTW)
De rechtbank leidt uit de omstandigheid dat eiser in zijn beroepschrift vraagt om een
vergoeding voor het taxatierapport van € 774,40 af dat hij stelt dat moet worden uitgegaan
van een uurtarief van € 80,- (8 uur x € 80,-, vermeerderd met BTW). Met betrekking tot dit
laatste heeft de gemachtigde van eiser ter zitting verklaard dat met een uurtarief van € 65,-
voor het taxatierapport kan worden ingestemd en dat het uitsluitend nog om de hoogte van de
wegingsfactor gaat.
Gelet op de mate van bewerkelijkheid en gecompliceerdheid van de zaak en de daarmee
verband houdende werkbelasting van de rechtsbijstandverlener, merkt de rechtbank het
bezwaar aan als van gemiddeld gewicht in de zin van onderdeel Cl van de Bijlage bij het
Besluit proceskosten bestuursrecht. Dit betekent dat dient te worden uitgegaan van een
wegingsfactor van 1. Eiser heeft geen bijzondere omstandigheden aangevoerd die de
rechtbank tot afwijking van deze regel moeten leiden.
Uitgaande van een wegingsfactor van 1 komt de rechtbank tot een proceskostenvergoeding in de bezwaarfase van € 1.121,20, welk bedrag als volgt is opgebouwd:
– 1 punt voor het bezwaarschrift, waarde per punt € 246,-, wegingsfactor 1
– 1 punt voor de hoorzitting, waarde per punt € 246,-, wegingsfactor 1
– € 629,20 voor het taxatierapport (8 uren x € 65,-, vermeerderd met BTW)
Nu in de uitspraak op bezwaar een proceskostenvergoeding van € 1.244,20 aan eiser is
toegekend, ziet de rechtbank geen aanleiding om de uitspraak op bezwaar op dit punt te
vernietigen.”