Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Promez Communicatie Management B.V.(hierna: PCM),
1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Intres B.V.,
Euretco B.V.,
Euretco Financial Services B.V.,
Intres II B.V.,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van het hoger beroep
“Vanuit de formules gaan werken om mede de nieuwe werkwijze op de rails te krijgen, wordt door Intres beaamd/onderschreven.”. Volgens Intres c.s. is daarentegen alleen de RMS-afdeling gekocht.
,HR 5 april 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BY8101) en uit de conclusie van AG Timmerman bij Hoge Raad 16 november 2018 (ECLI:NL:HR:2018:2112) volgt dat ook bij de uitleg van commerciële overeenkomsten niet de taalkundige betekenis van gekozen bewoordingen voorop staat, maar dat de Haviltex-maatstaf beslissend blijft. Dit brengt mee dat de vraag wat partijen ten aanzien van het object van de koop zijn overeengekomen niet kan worden beantwoord enkel op grond van een (zuiver) taalkundige uitleg van de bewoordingen van de overeenkomst, maar dat het ook hier aankomt - overeenkomstig de artikel 3:33 en 3:35 BW - op de zin die partijen over en weer redelijkerwijs aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
“Vanwege de onzekere economische situatie en het nog altijd tanende consumentenvertrouwen zag Intres zich genoodzaakt aanvullende maatregelen te nemen. Eind 2009 is een reorganisatie doorgevoerd en zijn de reclameactiviteiten verkocht. De organisatie slankte daardoor af met 43 arbeidsplaatsen.”
“ [Bestuurder Intres][ [Bestuurder Intres] , destijds bestuurder van Intres, het hof]
gaat zich persoonlijk sterk maken dat alle klanten waarop hij invloed heeft tot 2011 (dus voor het jaar 2010) hun business met Promez blijven/gaan doen.”
“’Formules/klanten van RMS zullen door [Bestuurder Intres][ [Bestuurder Intres] , het hof]
worden geïnformeerd. In overleg met [Persoon 1][ [Persoon 1] , het hof]
zullen “relevante”’ formules/klanten door [Bestuurder Intres] tezamen met [Persoon 1] persoonlijk worden bezocht worden .”
“PCM wilde niet terug naar het systeem van gedwongen winkelnering, omdat haar ondernemingsmodel was gebaseerd op het door kwalitatief hoogwaardige dienstverlening tevreden houden van klanten. Daarvoor zou ze echter wel eerst een redelijke kans moeten krijgen om zich bij de leden/formules ook bekend te maken als een partij die goede kwaliteit levert (voor een redelijke prijs). Men moest, met andere woorden, eerst bij de klanten kunnen binnenkomen. (..)”De curator heeft dit belang ter zitting in hoger beroep nog eens nader toegelicht. Hij heeft gesteld dat als je een onderneming koopt met klantenbestand, je dan ook de goodwill overdraagt. Dat doe je door de klanten te introduceren bij de overnemer. Dat proces moet samen gebeuren. Het ging erom dat PCM in beeld zou komen bij de klanten, meer specifiek de formules van Intres.
Op het moment dat we weten wat de budgetten zijn van de formules / in de loop van de weken / kan [Bestuurder Intres] met ons hiermee langs de business. Hij heeft vorige week nog aangegeven dat hij harde handtekeningen gaat halen ter bevestiging van de afspraken per formule. Op dit moment echter hebben we deze info nog niet. (…)”Dat inzicht in de budgetten nodig was volgt ook uit de e-mail van 4 maart 2011 (hiervoor onder 2.12 geciteerd) en uit de e-mail van 8 maart 2010 (productie 6 bij inleidende dagvaarding), waarin [Persoon 1] aan [Bestuurder Intres] schrijft:
“(…) We hebben afgesproken dat Intres-formules en andere interne klanten - gedurende 2010 hun retail marketing service-activiteiten aan Promez gunnen, bij gelijkblijvende kwaliteit .(…)
van de business-units te kennen, momenteel heb ik dat inzicht nog niet. (…)”
“Actie: [Persoon 1] : Vanaf 19 oktober jl. nagaan en zo nodig herstellen urenverantwoording per persoon; uren naar projecten respectievelijk Intresklanten/-formules”.Daaruit kan worden afgeleid dat PCM vanaf 19 oktober 2009 alle bestede uren kon doorberekenen aan Intres;
“(…)Verder is er nog een verzoek mijn kant opgekomen voor toegang tot PSO. Dit kunnen we pas toestaan als het contract getekend is. (…)”
“Om een betrouwbaar inzicht te krijgen in de te verwachten workload behoor ik de MarComplannen van de business-units te kennen, momenteel heb ik dat inzicht nog niet;
“ [Bestuurder Intres] heeft aangegeven dat wij volledig bevoegd zijn te handelen en dat alles geïmplementeerd moet worden binnen de huidige Intres RMS structuur. Hij ziet de overgangsfase als een vorm van uitbesteding van ons naar hem hetgeen we uiteindelijk bij de definitieve overname weer recht trekken. Aan de hand van het bovenstaande aangegeven dat wij vanuit Promez alle uren doorfactureren naar RMS (in het kader van de transparantie) en dat de eerste facturen reeds bij Intres binnen zijn. [Bestuurder Intres] gaf aan het eens te zijn met de handelswijze.”Ten slotte stellen Intres c.s. in de memorie van antwoord (punt 3.25) dat de resultaten van Promez/RMS, positief of negatief, bij ondertekening van de HOA verrekend zouden worden.
6.De beslissing
19 maart 2019voor het nemen van de in r.o. 4.4 vermelde akte door Intres c.s.;