Uitspraak
in eerste aanleg: verzoeker in conventie/verweerder in reconventie,
in eerste aanleg: verweerster in conventie/verzoekster in reconventie,
1.1. Het verdere procesverloop in hoger beroep
2.De verdere beoordeling in hoger beroep
"uit te leggen en gestructureerd toe te lichten op grond waarvan geconcludeerd moet worden dat [verzoeker] niet het voornemen had de opbrengst van de transacties ten behoeve van [verweerster] , die hij op naam van zijn eigen B.V. had gedeclareerd aan [verweerster] ten goede te laten komen, al dan niet door middel van verrekenings(verklaring)"
"toelichten waarom wie ter zake van welke stelling de bewijslast heeft te dragen en wie ter zake van welke stelling op voorhand in zijn of haar bewijslast geslaagd moet worden geacht."
"(…) op gestructureerde wijze op de brief/akte d.d. 6 november 2017 van de advocaat van [verzoeker] te reageren".
"Ik wil een uitwerking van het verweer dat het beroep op verrekening geen hout snijdt aan het hof presenteren".Een dergelijke toelichting, die in feite neerkomt op het geven van een uiteenzetting over de bewijswaardering, viel echter buiten het beperkte doel van de zitting, te weten, voor zover hier van belang, het verkrijgen van inlichtingen over bewijslevering en bewijslast.
"de beëindiging van de arbeidsovereenkomst plaatsvindt op initiatief van de werkgever, en (vervolgens) in rechte wordt geoordeeld dat werknemer van dit initiatief tot beëindiging geen verwijt kan worden gemaakt". (pleitaantekeningen mr. Van der Wal d.d. 12 juli 2017 sub 29)
verzoek van de Werkgever" in de zin van de contractsbepaling. Dat betekent dat de conclusie gerechtvaardigd is dat aan het eerste deel van die bepaling - "
Indien de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd op verzoek van de Werkgever"-is voldaan.
3.De slotsom
4.De beslissing
€ 122.000,- (éénhonderdtweeëntwintigduizend Euro);