Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
eerste (paraplu) hypothecaire inschrijving ten behoeve van de Rabobank (…) tot zekerheid van alles wat de Rabobank van de woonvereniging, haar huidige leden en/of haar toekomstige leden te vorderen heeft of zal hebben.”
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De bespreking van de grieven
De exacte positie van [geïntimeerde] is derhalve dat hij via de besloten vennootschappen Meervliet B.V. en HI B.V. de juridische bestuurder van Koopstudio Noord-Nederland is geweest.
Aangezien eiser daartoe in de eerste plaats stelt dat gedaagde als bestuurder van State Invest en[het hof leest: bij]
het tekenen van het garantplan (18 november 2008) wist of redelijkerwijs behoorde te begrijpen dat State Invest niet aan haar verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden;
indirectbestuurder van een vennootschap. (zie HR 23 mei 2014, ECLI:NL:HR:2014:1204, rechtsoverweging 3.3.3).
vennootschap onder firmawaarvan Meervliet B.V. en Hi B.V. de vennoten zijn. Een vennootschap onder firma is geen rechtspersoon en heeft geen bestuurder. Een vennoot is als zodanig reeds hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van de vof. Voor zover [appellant] bedoeld heeft te stellen dat [geïntimeerde] bestuurder was van Meervliet B.V. en Hi B.V. heeft hij, daargelaten de vraag welke betekenis daaraan kan toekomen in de context van de grondslag van de vordering, die stelling niet onderbouwd in het licht van de door hem overgelegde stukken. Uit de door [appellant] overgelegde uittreksels Handelsregister (prod. 15 MvG) blijkt immers dat niet [geïntimeerde] maar respectievelijk Vijvervliet B.V. en [naam B.V.] de bestuurders zijn van genoemde besloten vennootschappen. Gesteld noch gebleken is dat [geïntimeerde] de bestuurder is van laatstgenoemde vennootschappen, zodat het hof daar niet van uit kan gaan. Als productie 15 is overigens tevens een uittreksel overgelegd van
de besloten vennootschapmet de naam State Invest en met als bestuurder [naam B.V.] Hieraan gaat het hof voorbij omdat die productie niet aansluit bij de stellingen van [appellant] .
maar ook haar vennoten, die immers hoofdelijk verbonden zijn voor de schulden van de vof, de contractuele verplichtingen niet kunnen nakomen en geen verhaal zullen bieden voor de daaruit voortvloeiende schade. Dat zulks hier het geval is, is door [appellant] niet gesteld, noch gebleken. Door [appellant] is niets gesteld omtrent de financiële gesteldheid van Meervliet B.V. en Hi B.V. t
en tijde van het aangaan van de overeenkomst en ten tijde van het door hem gewraakte handelen of nalaten. Door [appellant] is niet meer aangevoerd dan dat hij voorafgaand aan deze procedure van zijn huisgenoten heeft begrepen dat Meervliet B.V. en Hi B.V. geen verhaal bieden (MvG 72)
Grief IImist daarnaast zelfstandige betekenis, zodat ook deze grief faalt. Het bestreden vonnis zal worden bekrachtigd, met veroordeling van [appellant] als de in het ongelijk te stellen partij in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van [geïntimeerde] begroot op nihil.