Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
6 september 2016
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Utrecht(hierna: de Inspecteur)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
Bestemming en gebruik
3.1Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur van ca. 9 maanden, ingaande
1 oktober 2007en lopende tot en met
1 july 2008of zoveel langer of korter als het gehuurde bedrijfsklaar kan worden opgeleverd als Hotel met restauratieve voorzieningen.”
- Op 10 maart 2006 is een overeenkomst gesloten met Stichting [R] inzake het gebruik van een gedeelte van de begane grond, 1e, 2e en 3e verdieping van de [b-straat] en zo mogelijk delen van het plein gedurende de periode 20 juli 2006 tot en met 10 september 2006. De vergoeding voor het gebruik bedraagt € 42.500. Partijen zijn geen met omzetbelasting belaste verhuur overeengekomen.
- Op 29 november 2006 is een overeenkomst gesloten met Stichting [S] inzake het gebruik van ruimte aan de [b-straat] gedurende de periode 25 november 2006 tot en met 20 december 2006. De vergoeding voor het gebruik bedraagt € 500. Partijen zijn geen met omzetbelasting belaste verhuur overeengekomen.
[O] b.v.
3.Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
6 september 2016in het openbaar uitgesproken.