Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
domicilie kiezende ten kantore van zijn advocaat,
verweerster in het principaal hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht met bijlagen van mr. Van Roosmalen van 18 maart 2015;
Nagekomen stukken
3.De vaststaande feiten
- [de minderjarige1] , geboren [in] 1998 in de voormalige gemeente Middenveld,
thans gemeente Midden-Drenthe (verder te noemen: [de minderjarige1] ) en;
- [de minderjarige2] , geboren [in] 1999 in de gemeente Assen (verder te
noemen: [de minderjarige2] ). Partijen zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag over [de minderjarige1]
en [de minderjarige2] .
"wijzigt de beschikking van 27 augustus 2013, waarin het echtscheidingsconvenant,
waarvan het ouderschapsplan deel uitmaakt, als volgt:
stelt de volgende
voorlopigezorg- en contactregeling vast:
bepaalt dat de kinderen [de minderjarige1] en [de minderjarige2] iedere dinsdag, woensdag en
donderdag bij de man verblijven en de overige dagen van de week bij de vrouw,
waarbij partijen de begin- en eindtijden in onderling overleg dienen te regelen. Deze
regeling geldt als basisregeling. Het staat partijen vrij om in onderling overleg van
deze regeling af te wijken;
bepaalt dat de vrouw met ingang van 1 april 2014 aan de man als
voorlopigebijdrage
in de kosten van zijn levensonderhoud een bedrag van € 802,- per maand, inclusief fiscaal
voordeel, dient te betalen;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
houdt de beslissing met betrekking tot de verzochte verhuizing, de
definitievezorg- en
contactregeling en de
definitievepartneralimentatie aan voor de duur van zes maanden
(te rekenen vanaf de zittingsdatum) en verwijst de zaak naar de rol van dinsdag 24
maart 2015 teneinde partijen in de gelegenheid te stellen zich bij akte uit te laten over
het verloop van de voorlopige zorg- en contactregeling. Daarnaast worden partijen in
de gelegenheid gesteld hun actuele financiële gegevens, conform het procesreglement
alimentatie, in het geding te brengen.
Deze beschikking is gegeven door (..) "
4.De omvang van het geschil
De geschilpunten
- de draagkracht van de vrouw op de volgende punten:
* het inkomen (bonusuitkeringen);
* kosten van de kinderen (post 134 overige kosten)
* hypotheekaflossing (post 123)
- de ingangsdatum van de wijziging.
- de ingangsdatum van de wijziging en (eventuele) terugbetalingsverplichting;
- de draagkracht van de vrouw op het punt van de kosten van de kinderen;
- de behoeftigheid van de man.
De motivering van de beslissing
De ontvankelijkheid
"Vanwege de onzekerheden die zich ten aanzien van de financiële positie van de vrouw voordoen, zal de rechtbank conform het niet weersproken verzoek van de vrouw een voorlopige alimentatie vaststellen en de beslissing over de definitieve bijdrage aanhouden voor de duur van zes maanden".
'.
Ten aanzien van het wijzigingsverzoek
De ingangsdatum en eventuele terugbetalingsverplichting
€ 1.920,-) bedraagt geïndexeerd naar 1 januari 2014 € 1.937,28 netto per maand.
€ 1.937,28 netto per maand.
De behoeftigheid
€ 1.500,- netto per maand. Ten onrechte legt de man de verantwoordelijkheid volledig bij de vrouw neer.
* het inkomen: de bonus
€ 72.660,-.
* het inkomen: het kindgebonden budget
* aflossing woning
* de kosten van de kinderen
De draagkrachtberekeningen ten aanzien van de vrouw* de periode 1 april 2014 tot 1 januari 2015
* de periode van 1 januari 2015 tot 1 augustus 2015
* de periode vanaf 1 augustus 2015
Slotoverwegingen en conclusies
6.De slotsom
7.De beslissing
1 april 2014 tot 1 januari 2015 op € 925,- (bruto) per maand, over de periode van 1 januari 2015 tot 1 april 2015 op € 1.208,- (bruto) per maand en over de periode vanaf 1 april 2015 op € 650,- (bruto) per maand;