Uitspraak
Trebs,
1.Food & Fun B.V.,
Food & Fun,
[geïntimeerde2],
Food & Fun c.s.,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
€ 100.000,- te vermeerderen met € 25.000,- voor de dag of het gedeelte daarvan dat de overtreding dan wel niet-nakoming voortduurt, met een maximum van € 1.000.000;
3.Vaststaande feiten
grief I in incidenteel appelgericht. Het hof zal hierna opnieuw de feiten vaststellen met inachtneming van hetgeen Food & Fun c.s. onder deze grief hebben aangevoerd. De grief behoeft om die reden niet verder te worden gesproken.
Overwegende dat:
Bijlage A. De verkoop van de Pizzarette pizzaoven en eventuele andere (toekomstig) door Food & Fun ontwikkelde SDA producten zal derhalve in het Territoir uitsluitend via Trebs verlopen. Voorts ligt eveneens het marketing-, prijs- en verkoopbeleid met betrekking tot alle via Nearbor ingekochte producten en/of door Trebs aangeboden producten exclusief in handen van Trebs en Nearbor.
1. PIZZARETTE en het logo Food & Fun zijn Europees, Chinees en US geregistreerde handelsmerken van Food & Fun B.V.
‘Ik vernam dat de Makro inmiddels weer is begonnen met de verkoop van de slaafse kopie van de Pizzarette welke eveneens illegaal is geproduceerd in China.
Het lijkt me verstandig u op de hoogte te brengen van de uitspraak van de voorzieningenrechter die dit bevestigd. (…)’
‘Food & Fun heeft haar product ook reeds met succes jegens een andere slaafse nabootser beschermd.’
4.Het geschil en de beoordeling in eerste aanleg
8 mei 2013 (en niet de e-mail van 8 juli 2013 en de brief van 15 augustus 2013) als vergelijkende reclame kan worden aangemerkt. De rechtbank heeft Trebs, gelet op haar oordeel in reconventie dat Trebs zich door de verhandeling van de PizzaGusto vanaf 23 april 2013 schuldig heeft gemaakt aan slaafse nabootsing, in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de vraag wat de consequenties van dit oordeel zijn voor de door haar ingestelde vorderingen in conventie, meer in het bijzonder met betrekking tot de gevorderde schade nader op te maken bij staat.
grieven 1 tot en met 5keren zich tegen de uitleg die de rechtbank aan het kwijtingsbeding in artikel 9 van de overeenkomst heeft gegeven.
6 tot en met 10betreffen de beoordeling van de slaafse nabootsing door de rechtbank en de gevolgen die zij daaraan heeft verbonden. De
grieven 11 en 12komen op tegen de verwerping van het standpunt dat de berichten aan Makro en Sligro als ongeoorloofde vergelijkende reclame moeten worden beschouwd en
grief 13tegen de afwijzing van de aansprakelijkheid van [geïntimeerde2] in privé.
grief II) en de beperking van het verbod tot Nederland (
grief III).
naafloop van de overeenkomst op 23 april 2013. De door Food & Fun c.s. gevorderde ontbinding van de overeenkomst van april 2011, is geen onderwerp van debat in de onderhavige zaak maar wordt in de eerder aangebrachte zaak 200.133.758 behandeld. De uitkomst in die procedure is voor de onderhavige procedure in zoverre van belang dat indien daarin de overeenkomst wordt ontbonden, Trebs zich in de onderhavige procedure niet met succes op het kwijtingsbeding kan beroepen. Dat betekent dat het hof in beginsel de uitkomst van de procedure tot ontbinding van de overeenkomst zal moeten afwachten. In beginsel, omdat indien nu al kan worden vastgesteld dat Trebs ook wanneer de overeenkomst niet wordt ontbonden zich toch niet op het kwijtingsbeding kan beroepen, in deze procedure in het midden kan blijven of de overeenkomst is ontbonden. Het hof zal hierna nagaan of die situatie zich voordoet.
met betrekking tot alle mogelijke vorderingen met betrekking hun geschil") volgt dat de finale kwijting niet is beperkt tot een vordering gegrond op het auteursrecht, zoals Food & Fun c.s. menen, maar ook een vordering gebaseerd op slaafse nabootsing kan omvatten. In zoverre volgt het hof de stellingen van Trebs. De klacht in grief 5 dat de rechtbank op dit punt het bewijsaanbod van Trebs ten onrechte heeft gepasseerd, behoeft om die reden geen verdere bespreking.
hun geschil” alsmede de manier waarop partijen dat geschil hebben geregeld. Die woorden gelezen in het licht van de overige bepalingen van de overeenkomst, in het bijzonder sub c) tot en met f) van de considerans en artikel 6, 7 en 8 waarin is bepaald op welke wijze de in de considerans omschreven geschilpunten tussen partijen worden beëindigd, wijzen erop - zoals ook de rechtbank heeft aangenomen - dat de kwijting alleen betrekking heeft op vorderingen gebaseerd op het geschil uit de periode voordat partijen de overeenkomst aangingen en niet op geschillen na beëindiging van de overeenkomst. Ook de bewoordingen van de considerans onder sub g) (“
het tussen hen bestaande geschil te beëindigen”) duiden hierop.
Lego). De mogelijkheid om een andere weg in te slaan, zonder daarmee afbreuk te doen aan de deugdelijkheid en de bruikbaarheid van het product, brengt tevens de verplichting mee dit te doen (vgl. HR 15 maart 1968, NJ 1968/268,
Plastic Stapelschalen).
drukasbakken). Niet is vereist dat het nagevolgde product zelf ontworpen of oorspronkelijk is (zie HR 7 juni 1991, ECLI:NL:HR:1991:
ZC0273, NJ 1992/392,
Rummikub).
lex loci damni). Artikel 4 lid 2, dat beschouwd moet worden als een uitzondering op dit algemene beginsel, geeft voor het geval dat beide partijen hun gewone verblijfplaats in hetzelfde land hebben, zoals hier het geval is, een bijzonder aanknopingspunt, te weten het recht van het land van hun gewone verblijfplaats, in dit geval Nederlands recht. De bijzondere regel in artikel 6 lid 1 van Rome II, waaraan Trebs refereert, is naar het oordeel van het hof niet van toepassing nu de gestelde slaafse nabootsing, die naar het oordeel van het hof in het licht van Rome II als een daad van oneerlijke concurrentie moet worden gekwalificeerd, uitsluitend de belangen van Food & Fun c.s. treft zodat op grond van het tweede lid van artikel 6, artikel 4 van toepassing is.
assurancedoor een registeraccountant. Het hof is er ambtshalve mee bekend dat een registeraccountant, zeker als die accountant niet de huisaccountant is, die
assuranceniet kan geven. Toewijzing van het gevorderde leidt derhalve gemakkelijk tot executieproblemen
.Om die reden zal het hof de gevorderde inschakeling van een accountant, ongeacht de uitkomst van de bewijsopdracht, afwijzen.
e-mailbericht van 8 juli 2013 aan Makro Nederland en de brief van 15 augustus 2013 aan Sligro heeft de rechtbank geoordeeld dat deze niet kunnen worden aangemerkt als een wervend aanbod gericht tot het publiek. Beide oordelen worden door Trebs onder grief 11 in het principaal hoger beroep bestreden. Trebs betoogt dat gelet op de ruime definitie van vergelijkende reclame in artikel 6:194a BW, iedere mededeling waarin een concurrent dan wel door de concurrent aangeboden goederen of diensten worden genoemd, als vergelijkende reclame moet worden aangemerkt.
e-mailbericht van 8 juli 2013 en de brief van 15 augustus 2013, zoals Trebs stelt en Food & Fun c.s. onderbouwd betwisten, op de voet van artikel 6:162 BW jegens Trebs onrechtmatig
e-mailbericht van 8 juli 2013 en de brief van 15 augustus 2013. Daarenboven heeft het hof zich in het arrest van 15 oktober 2013 niet uitgelaten over de vraag of de PizzaGusto is aan te merken als een ongeoorloofde slaafse nabootsing van de Pizzarette. Voor wat betreft de mededeling in de e-mail van 8 juli 2013 heeft naar het oordeel van het hof te gelden dat deze brief primair erop is gericht Makro te informeren met betrekking tot de uitkomst van de kortgedingprocedure die Trebs jegens Food & Fun c.s. had ingesteld. Dat daarin wordt gemeld dat de productie in China onrechtmatig zou zijn, acht het hof - zonder nadere toelichting - onvoldoende voor het aannemen van een onrechtmatige daad, nog daargelaten dat Trebs, gelet op het verweer van Food & Fun c.s., onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij door de bewuste mededelingen schade heeft geleden. Ook grief 11 in het principaal hoge beroep is tevergeefs voorgesteld.
De enige echte en legaal geproduceerde Pizzarette kunt u via ons verkrijgen. De Pizzarette voldoet bovendien aan hoge kwaliteitseisen hetgeen van de in strijd met het Chinese design patent geproduceerde producten niet gezegd kan worden", hebben Food & Fun c.s. de onjuiste suggestie gewekt dat de PizzaGusto in China illegaal is geproduceerd en (daarmee ook) slechter van kwaliteit is. Dat de PizzaGusto in China niet illegaal is geproduceerd volgt uit de uitspraak van het Opperste Volksgerechtshof van 25 juni 2016. De juistheid van de bewering dat de PizzaGusto slechter van kwaliteit is dan de Pizzarette hebben Food & Fun c.s. in het licht van de gemotiveerde betwisting door Trebs niet voldoende onderbouwd. Door beide beweringen te koppelen aan het voornemen op te treden tegen het handelen "
in niet door patent gedekte of anderszins onrechtmatige producten" en de aanbeveling om een “
nadere afspraak te maken over hoe om te gaan met voorraden illegale producten”, waarbij het duidelijk is dat gedoeld wordt op de producten van Trebs, omdat de naam van Trebs in de eerste zin van de brief wordt genoemd, hebben Food & Fun c.s. de grenzen van artikel 6:194a BW en 6:162 BW overschreden. De mededelingen zijn bovendien van dien aard dat het in de rede ligt dat de maatman zich hierdoor laat beïnvloeden.