Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
9 februari 2016
1.Ontstaan en loop van het geding
31 december 2000 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting opgelegd ten bedrage van
€ 1.004.
27 oktober 2015 heeft gereageerd. Het stuk van de Inspecteur is op 30 oktober 2015 doorgezonden aan belanghebbende.
[C] en [D] .
2.Procedure inzake brief van 3 april 2001 (teruggaaf omzetbelasting)
12 april 2002 en het ingestelde beroep van 21 december 2012
,dit beroep onredelijk laat is ingediend en dat gelet op het bepaalde in artikel 6:12, lid 4, Awb het beroep derhalve niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
3.Procedure inzake naheffingsaanslag omzetbelasting
4.Procedure inzake brief van 10 december 2004 (non-actief zetten OB-nummer)
5.Teruggaaf van voorbelasting
Het gehuurde, bestemming, gebruik
f 65.000,- bedragen (…). De verhoogde huurprijs gaat in met ingang van de maand volgende op die waarin de voorgenomen verbouwing is voltooid.
6.Proceskosten
7.Beslissing
10 december 2004 (non-actief zetten OB-nummer) ongegrond;
mr. A. van Dongen, in tegenwoordigheid van mr. E.D. Postema als griffier.
9 februari 2016.
binnen zes wekenna de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij