Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
27 januari 2015
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Roermond(hierna: de Inspecteur)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
- op een formulier met rekeninggegevens is als eerste naam opgenomen “[Belanghebbende], [a-straat], [I]”. Als postadres is opgenomen: a-laan 00 te Z met vermelding van het privé telefoonnummer van belanghebbende;
- belanghebbende is opgenomen op een door de rekeninghouder ondertekende lijst met tekeningbevoegde personen. Een handtekening van belanghebbende ontbreekt op dit formulier, evenals de toelichting of hij alleen of gezamenlijk bevoegd is. Uit de bijgevoegde regeling blijkt dat een persoon bevoegd is om alleen te tekenen, tenzij anders is vermeld;
- [J] verleent met betrekking tot rekening [000001] een beheersvolmacht aan [M];
- [J] verklaart dat belanghebbende de uiteindelijk gerechtigde van de op naam van [E] bij [a-bank] (Schweiz) gestalde activa is;
- [a-bank] (Schweiz) verstrekt een krediet van CHF 2.100.000 aan [E]. Namens [E] heeft [J] ondertekend;
- [E] verleent een pandrecht aan [a-bank] (Schweiz) voor alle bestaande en toekomstige aanspraken van de bank op haar;
- [E], vertegenwoordigd door [J], en [a-bank] (Schweiz) sluiten een ‘Trust Agreement for multiple investments’, waarbij wordt overeengekomen dat [a-bank] (Schweiz) investeringen mag doen onder het voorbehoud dat [E] schriftelijke instructies mag geven.
3.Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank, behoudens de beslissingen omtrent de proceskosten en het griffierecht;
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraken op de bezwaarschriften IB/PVV en VB over de jaren 1998 tot en met 2007, en de daarmee samenhangende boetebeschikkingen en beschikkingen heffingsrente;
- vernietigt de navorderingsaanslagen IB/PVV over de jaren 1998 tot en met 2004 en de daarmee samenhangende boetebeschikkingen en beschikkingen heffingsrente;
- vermindert de navorderingsaanslag IB/PVV over 2005 tot een navorderingsaanslag, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 1.000 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 78.527;
- vermindert de beschikking heffingsrente over 2005 dienovereenkomstig;
- vermindert de navorderingsaanslag IB/PVV over 2006 tot een navorderingsaanslag, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van negatief € 79 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 70.000;
- vermindert de beschikking heffingsrente over 2006 dienovereenkomstig;
- vermindert de navorderingsaanslag IB/PVV over 2007 tot een navorderingsaanslag, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 740 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 65.674;
- vermindert de beschikking heffingsrente over 2007 dienovereenkomstig;
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van € 3.287,25, en
- gelast dat de Inspecteur aan belanghebbende het door hem in hoger beroep betaalde griffierecht van € 118 vergoedt.
27 januari 2015in het openbaar uitgesproken.