“Ik [de werknemer 1], ben werkzaam bij de sociale werkplaats Soweco te Almelo. Ik werk daar inmiddels 15 jaar en mijn werkzaamheden bestaan uit dakdekkerswerkzaamheden, loodgieterswerkzaamheden, laswerkzaamheden, reparatie van gasleidingen enz. Ik ben in het bezit van enige certificaten op dit gebied. (…)
Uit jarenlange ervaring durf ik te zeggen dat ik op het gebied van dakdek werkzaamheden ook goed op de hoogte ben van de manier van werken en het veilig werken.
Ik ben in het bezit van het VCA certificaat veilig werken.
(…)
Met zekere regelmaat verricht ik in opdracht van Soweco dakdek werkzaamheden. Vaak wordt het bitumen van de schaftwagens van de Soweco door mij vervangen. Ook de daken van de units voor de bouwploegen van de Soweco worden door mij en vaak samen met een collega van mij genaamd [de werknemer 2] vervangen of gerepareerd.
Met [de werknemer 2] werk ik inmiddels vijf jaren samen. (…) Omdat wij vaak samen werken weten wij exact wat we aan elkaar hebben (…).
Enige tijd geleden, ongeveer 14 dagen geleden, werd ik gevraagd door [de echtgenoot] met het verzoek een lekkage te verhelpen aan zijn loods gelegen aan [het adres] te [plaatsnaam]. (…)
Ik, [de werknemer 2], ben sinds 1997 werkzaam bij de Soweco te Almelo. Mijn werkzaamheden bij de sociale werkplaats bestaan uit het lassen, solderen, CV werkzaamheden, reparaties van kachels, loodgieterswerkzaamheden en dakdek werkzaamheden.
(…)
Wel ben ik in het bezit van een VCA certificaat.
(…)
Enige tijd geleden werd ik, [de werknemer 2], (…) door [de werknemer 1] gevraagd om samen dakdek werkzaamheden te verrichten bij het bedrijf van [geïntimeerde] te [plaatsnaam]. (…)
Meegenomen werden een gasbrander, (…).
(…)
Men wilde de lekkage op het dak verhelpen omdat men aan de zijkant en wel aan de binnenzijde van de muur van de loods lekkage had ontdekt. (…)
Er werd geen brandblusser meegenomen naar het dak omdat op het glooiende dak veel water aanwezig bleek.
Het was ons bekend dat in de loods diverse brandblussers alsmede enig brandslanghaspels voor noodgevallen aanwezig waren.
[de echtgenoot] wees ons waar de lekkage moest zijn (…). Over een lengte van ongeveer zeven meter zat er een vouw in het bitumen. (…)
Toen wij de ondergrond goed droog en schoon hadden gemaakt besloten wij de vouw open te snijden teneinde deze te voorzien van een nieuwe laag bitumen.
(…)
Op dat moment hield ik, [de werknemer 1] mij bezig met het vastbranden van de bovenlaag bitumen. Deze laag was, door het lossnijden natuurlijk, los van de onderlaag komen te liggen.
Ik had de gasbrander ongeveer 3 seconden gebruikt op de bovenlaag van het bitumen toen er rook ontstond. (…)”