Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil in hoger beroep
4.Het oordeel van de rechtbank
5.Beoordeling van het hoger beroep
De inspecteur heeft toegelicht dat belanghebbende ook voor het jaar 2014 een papieren aangifte heeft ingediend, zonder vermelding van een beconnummer. Naar aanleiding van deze aangifte heeft de inspecteur schriftelijk vragen gesteld; deze vragen zijn door belanghebbende zelf beantwoord, niet door de gemachtigde. Vervolgens heeft belanghebbende zelf enkele stukken ingediend, die zijn ondertekend door belanghebbende, niet door de gemachtigde. Gelet op deze toelichting door de inspecteur, die het Hof aannemelijk acht, is het Hof van oordeel dat de inspecteur bij de afhandeling van de aangifte IB/PVV 2014 er niet mee bekend was en ook niet behoorde te zijn dat deze aangifte was verzorgd door de gemachtigde. Reeds op die grond faalt de hiervoor vermelde stelling van de gemachtigde dat de inspecteur bij het vaststellen van de aanslag IB/PVV 2015 een ambtelijk verzuim heeft begaan.
6.Kosten
7.Beslissing
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.