Uitspraak
1.ing. [verzoeker 1] ,
[verzoekster 2] B.V.,
[verzoeker 3],
1.De zaak in het kort
2.Het verzoek en het verloop van het geding
3.De oorspronkelijke klacht en de beslissing
4.Herzieningsverzoek
De notaris heeft zijn medewerking verleend aan een akte van levering tussen ATI (verkoper) en de partner van [naam] (koopster) van een perceel weiland en akte van schenking van dit perceel aan de zoon van de partner van [naam] . Beide akten zijn op 17 oktober 2011 door de notaris gepasseerd ondanks dat hij toen al op de hoogte was van de oplichtingspraktijken van [naam] .”
(…). Dit is anders voor wat betreft het klachtonderdeel dat ziet op het passeren door de notaris van de akte van levering en schenking op 17 oktober 2011 (zoals weergegeven hiervoor onder 4.ii.). Vast staat dat klager geen partij was bij de gewraakte akten noch aangemerkt kan worden als (rechts)persoon die een recht kan ontlenen aan de desbetreffende akten. Verder is het hof evenmin gebleken dat klager anderszins door de handelwijze van de notaris zodanig in enig eigen belang – al dan niet indirect of afgeleid – is geschaad dat hij, ter bescherming van dat belang, de mogelijkheid moet hebben te klagen. Het hof is daarom van oordeel dat klager niet kan worden ontvangen in dit klachtonderdeel vanwege gebrek aan belang.”