ECLI:NL:GHAMS:2021:2185
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor het besturen van een auto onder invloed van cannabis met betrekking tot bewijsoverwegingen en procedurele waarborgen
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 juli 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1998 en thans gedetineerd, was beschuldigd van het besturen van een personenauto onder invloed van cannabis op 31 december 2018 te Heerhugowaard. De tenlastelegging betrof het rijden na gebruik van een stof die in het Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer is aangewezen, met een bloedgehalte van 13 microgram THC per liter bloed, wat boven de wettelijke grenswaarde ligt.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd, omdat dit slechts een aantekening was en niet voldeed aan de vereisten van een vonnis. De advocaat-generaal vorderde dat het tenlastegelegde bewezen werd verklaard, terwijl de verdediging vrijspraak vroeg op basis van procedurele fouten in het bloedonderzoek. Het hof heeft vastgesteld dat de bloedmonsters niet binnen de voorgeschreven termijn waren onderzocht, maar oordeelde dat dit geen invloed had op de betrouwbaarheid van de resultaten, aangezien de monsters op de juiste wijze waren bewaard.
Het hof concludeerde dat er sprake was van een vormverzuim, maar dat dit geen nadelige gevolgen voor de verdachte had. Uiteindelijk werd het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen verklaard, maar het hof besloot geen straf of maatregel op te leggen, gezien de omstandigheden van de verdachte, die reeds een gevangenisstraf van acht jaar uitzat. De vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke jeugddetentie werd eveneens afgewezen.