Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.HUMAN CONCERN HOLDING B.V.,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
Deze argumenten overtuigen. Aandeelhouders in besloten verhoudingen kunnen desgewenst en naar eigen maatvoering hun positie verzekeren door middel van statutaire bepalingen, eventueel in combinatie met stemovereenkomsten. Daarvoor is een wettelijk goedkeuringsrecht niet nodig. Van een behoefte op dit punt aan een wettelijke regeling is in de praktijk ook niet gebleken. Artikel 2:217a BW is daarom geschrapt.” (Kamerstukken II 2001/02, 28 179, nr. 5, p. 18-19).
corporate governanceof met hetgeen door redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd in de zin van artikel 2:8 BW. De (mogelijke) rechtsgevolgen daarvan zijn anders dan die van artikel 2:107a BW, waarin het gaat om een goedkeuringsrecht. De in het handelsverkeer vereiste rechtszekerheid verzet zich ertegen dat besluiten ondanks het ontbreken van een wettelijke of statutaire regeling aan de goedkeuring van de algemene vergadering van aandeelhouders zijn onderworpen, welk goedkeuringsrecht afhankelijk van de omstandigheden van het concrete geval toepassing zou moeten vinden. Zo moeten derden erop kunnen vertrouwen dat door het bestuur van de vennootschap in overeenstemming met de wettelijke en statutaire voorschriften verrichte rechtshandelingen in beginsel onaantastbaar zijn en dat, voor zover zij wel aantastbaar zijn, de mogelijkheid daartoe alleen bestaat op rechtsgronden die uit de wet of de statuten voor derden bekend hadden kunnen zijn. Ook de slagvaardigheid waarmee het bestuur moet kunnen handelen bij het bepalen en uitvoeren van de strategie van de aan de vennootschap verbonden onderneming pleit daarvoor. (ECLI:NL:HR:2007:BA7970, rov. 4.4).