Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De ontvankelijkheid van het hoger beroep
in zaken vancuratele, onderbewindstelling of mentorschap onder belanghebbenden bovendien verstaan de echtgenoot, de geregistreerde partner of levensgezel en de kinderen of, bij gebreke van dezen, de ouders, broers en zusters van degene, wiens curatele, goederen of mentorschap het betreft.
zaken van mentorschap” van oordeel dat de uitbreiding van het begrip belanghebbende van art. 798 lid 2 Rv slechts van toepassing is op de instelling of opheffing van het mentorschap.
“zaken van mentorschap” als bedoeld in art. 798 lid 2 Rv. Dit brengt mee dat [X] niet als belanghebbende geldt in de zin van art. 798 lid 2 Rv.